Rotterdammers maken Rotterdam

De zeven werken van barmhartigheid

Kees Vrijdag Tekst
Beeld: Marieke Odekerken

In de Kerkennacht van 2015 sprak Gers!-columnist Kees Vrijdag de lekenpreek uit in de Laurenskerk. Het thema dat hij aansneed, blijkt onverminderd actueel. Als tegenhanger van zijn column in Gers!15 daarom nu ook deze lekenpreek online.

In mijn (vroegere) functie bij de Kamer van Koophandel moest ik vanuit mijn netwerk verbindingen leggen. Primair tussen bedrijven en ondernemers. Maar vanuit brede maatschappelijke taakopvatting ook tussen bedrijven en andere partijen in de stad. Aan dat laatste kon je een dagtaak hebben want de vraag naar contacten en relaties was en is oneindig.

Netwerken is niet ´net werken´. Het is in de hedendaagse samenleving keihard werken. Niet voor niets spreekt men van de netwerkeconomie. Maar dat is van alle tijden. Ik neem u mee naar de Romeinen; daar vierde het clientelisme hoogtij. Uit hun tijd stamt het begrip ‘do ut des’: ik geef opdat jij wat geeft. In de Angelsaksische taal van nu: I’ll scratch your back if you scratch mine. In het zakelijke verkeer gaat men uit van het terugkrijgen van een wedergunst als men een ander een gunst verleent.

Het kan zijn dat er tegenover de materiele prestatie een immateriële tegenprestatie staat. In de Middeleeuwen gingen vele gelovigen uit van het principe ‘do ut Des’, waarbij de tweede ‘D’ met een hoofdletter werd geschreven. Een verwijzing naar Deus, God: ‘ik geef opdat Gij wat geeft’ en wel de eeuwigdurende gelukzaligheid van verblijf in de hemel.

Een variant op het ´do ut Des´ is het ‘pro Deo’ verrichten van activiteiten en diensten. Ik doe dit ‘pro Deo’ zou moeten betekenen dat ik met liefde voor de Heer God, iets doe. Maar in de wandelgangen is het christelijke aspect in de uitdrukking ‘pro Deo’ op de achtergrond verdwenen en betekent het dat iets gratis is. De profane variant hiervan is ´pro bono´, voor de goede zaak.

Komt het nog voor dat mensen dingen doen zonder dat ze er iets, materieel of immaterieel, voor zichzelf voor terug verwachten? Het lijkt wel of de hele samenleving aan elkaar hangt van wederzijdse gunsten en tegenprestaties. Hoe onbaatzuchtig is de moderne mens als hij of zij voor Mecenas of Barmhartige Samaritaan speelt? Kunnen we in onze calculerende samenleving nog het hart laten spreken zonder dat zakelijke neven-motieven een rol meespelen?

Een van de vele prettige bijkomstigheden van mijn vorige baan bij de KvK is dat ik na mijn pensionering niet op mijn handen hoef te zitten. Ik mag mooie bijbaantjes doen. Een daarvan is voorzitter zijn van de stichting Paul Nijgh Penning. Deze stichting verleent sinds de jaren ´50 elke twee jaar een penning aan Rotterdammers die zich inspannen voor de samenleving: ´niet wie gij zijt, maar wat gij zijt´. Met andere woorden: het gaat niet om je afkomst, maar om wat je doet voor de samenleving.

Dat is een prestigieuze prijs en het bestuur vergadert in de aanloop naar de uitreiking meerdere keren over mogelijke kandidaten. Dan blijkt het altijd weer moeilijk een juiste scheidslijn te trekken tussen het goede werk uit onbaatzuchtigheid en sociale bewogenheid, en het investeren in bijvoorbeeld het imago als Maatschappelijk Verantwoord Ondernemer. Rooms-Katholiek groeien op met rituelen als de Heilige Communie, het Vormsel, biecht, penitentie en absolutie. Minder bekend zijn De zeven werken van Barmhartigheid. Andere religies kennen vergelijkbare fenomenen. Zo kent de Islam kent binnen de vijf zuilen, de zakat, de armenbelasting.

De zeven werken betreffen hongerigen, dorstigen, naakten, vreemdelingen, zieken, gevangenen en doden. Zes van deze werken zijn gebaseerd op de woorden van Christus volgens het Evangelie van Matteus, 25, 35-36: “Ik had honger en gij hebt Mij te eten gegeven, Ik had dorst en gij hebt Mij te drinken gegeven, Ik was vreemdeling en gij hebt Mij opgenomen. Ik was naakt en gij hebt Mij gekleed, Ik was ziek en gij hebt Mij bezocht, ik zat in de gevangenis en gij zijt tot Mij gekomen.” Rond 1200 heeft Paus Innocentius III een zevende werk toegevoegd: de doden begraven. Dat is ontleend aan het Bijbelboek Tobit, 1, 17, waarin speciaal de zorg voor de overledenen wordt benadrukt: “Als ik het lijk van een volksgenoot buiten de muren van Nineve zag liggen, dan begroef ik het.” In de door epidemieën geteisterde Middeleeuwen had het moeilijke en gevaarlijke werk van doden begraven een bijzondere waarde.

Moderne werken

Wie de Laurenskerk in hartje Rotterdam bezoekt en van binnen goed kijkt in de door Alfred Kossman ingerichte zijkapellen, komt langs een kapel met daarin de hedendaagse verbeelding van De zeven werken van Barmhartigheid, een fotoserie.

De indringende foto´s kunnen een bron van inspiratie zijn. Het zijn allemaal bestaande goede doelen, maatschappelijke initiatieven die razend actueel zijn, ook in onze stad. En die allemaal een helpende hand kunnen gebruiken. Vertaald naar nu en naar een paar voorbeelden: Voedselbank, Dress-to-Impress of stichting Mara, Vluchtelingenwerk Rijnmond of de Pauluskerk, de UVV-gastvrouwen in ziekenhuizen, de Reclassering. En de Rotterdamse dichter Rien Vroegindeweij die eenzame gestorvenen naar hun laatste rustplaats begeleidt.

Voor wie het benaderen van instanties te ingewikkeld vindt: er is ook een opsomming van zeven geestelijke werken van barmhartigheid, die geen fysieke inspanning vereisen:
1. De zondaars vermanen
2. De onwetenden onderrichten
3. Voor de levenden en overledenen bidden
4. In moeilijkheden goede raad geven
5. De bedroefden troosten
6. Het onrecht geduldig lijden
7. Beledigingen vergeven

Ja, onbaatzuchtige barmhartigheid vergt inspanning en nee, u krijgt er niets voor terug. Integendeel. U moet er tijd in investeren. Misschien kost het u zelfs geld, in de vorm van reiskosten. Een kleinigheidje meenemen als u een gevangene of zieke gaat bezoeken. Natuurlijk preek ik hier voor ´eigen parochie´ en weet u dit allemaal en heeft u zelf al lang uw ‘werk van barmhartigheid´ in de stad gekozen. Mocht het niet zo zijn, dan kunt u nu een start maken. Als u daarmee in moeilijkheden komt geef ik u, indachtig de vierde van de Zeven geestelijke werken van Barmhartigheid, graag goede raad.

Voedselbank

Nico Adriaans Stichting (NAS)

‘t Korreltje

Pauluskerk

Havenzicht

Noordsingel gevangenis

Crooswijk