Rotterdammers maken Rotterdam

Eigenwijsheid

Marianne Post Tekst
Marieke Odekerken Beeld

Poppodia in Rotterdam komen en gaan. Maar eentje houdt al 27 jaar stand: Rotown. Het geheim? Veelzijdigheid en familiegevoel, zeggen mede-eigenaar Jessica Hogerhuis en hoofd-programmeur Stephan Maaskant.

Rotown is een poppodium, café, restaurant en club in één. Een plek waar iedereen zich op z’n gemak voelt. Hogerhuis: “Overdag zien we ouders met kinderen die een drankje komen doen en ’s middags nemen de borrelaars het over.” In de avonduren kunnen muziekliefhebbers hun hart ophalen bij optredens van bijvoorbeeld Ethan Johns, Oscar and The Wolf en Dotan.

De programmering is in handen van Maaskant, die tien jaar geleden als glazenophaler begon. “Als je goede ideeën hebt, krijg je ook de kans om die uit te voeren.” En dat is volgens Hogerhuis nu precies het Rotown-gevoel. “Iedereen die hier werkt heeft invloed.” Zelf begon ze in 1999 in de bediening en nu is Hogerhuis al drie jaar eigenaar; samen met Dick Pakkert die vanaf het begin aan het roer staat.

De faam van Rotown is voor een groot deel te danken aan de kiene selectie van muzikanten, dj’s en bandjes. Zeker als het gaat om indiepop, americana en singer-songwritermuziek, heeft het poppodium een naam hoog te houden. Maaskant: “We hebben vaak muzikanten die nog nét niet zijn doorgebroken.” Dat neusje voor kwaliteit wordt gepaard aan een flinke dosis eigenwijsheid. Want toen in de jaren negentig heel Rotterdam in de ban was van house en techno zweepten Rotown-dj’s als Bram Borsje, Hans Vermeer en Ronald Renirie vanuit hun dj-stek publiek op met rock, soul, indie en disco. Die formule werkt nog steeds, hoewel er tegenwoordig ook wel eens wat dance kan klinken.

Hogerhuis en Maaskant hebben één en dezelfde droom: de muur doorbreken, zodat ze de ruimte van de Paradijskerk erbij krijgen. De buren organiseren zelf semi-akoestische concerten. Hogerhuis zou ze zeker niet weg willen hebben. “We hebben heel goed contact, hoor. Maar áls ze ooit weg willen… Dan hoop ik dat ze aan ons denken.”