Kloppend hart van Rotterdam

Eindelijk, een zandbak!

Karin Koolen Tekst
Chris Bonis Beeld

Met de komst van het schitterende depot in Museumpark kon de rest van de omgeving natuurlijk niet achterblijven. Dat vonden ze bij de gemeente Rotterdam net zo en dus ging men aan de slag. Het is eigenlijk net als thuis, vindt ook projectleider Iris van der Lee: als je eenmaal een nieuwe keuken hebt besteld, moeten de wanden en de vloer ook meteen gedaan. Het resulteert in een prachtige groene en autoluwe omgeving, van de Westersingel tot de Wytemaweg en de Jongkindstraat. Nog even geduld, want het eindresultaat kunnen we pas in 2022 bewonderen. Maar nu gaan wij vast in gesprek met de bevlogen Iris van der Lee.

Ze komt ietwat gehaast aangefietst, een zwierig jurkje op deze zomerse dag. Het is zo’n typische laatste werkdag voor je vakantie, verontschuldigt Van der Lee zich voor de vertraging. Gesprekje hier, overleg daar, nog even zus en nog even zo. Maar het mag de pret niet drukken: Van der Lee is verheugd. Het is alweer een paar weken geleden dat ze hier stond en eindelijk ligt er zand op de weg voor het depotgebouw. “Ik ben blij dat we nu naar een zandbak kijken”, zegt ze met een glinstering in haar ogen. “Het was namelijk een hele operatie! Om hier straks bomen te kunnen planten, moesten alle leidingen ondergronds eerst omgelegd worden. Ik ben blij, we zijn nu echt begonnen!”

‘Ik ben zo blij dat ik eindelijk zand zag liggen, dat de straat openligt; we zijn los!’

237 bomen

Destijds, in 2014, was er veel ‘gedoe’ rondom het depotgebouw: moest het er komen, en zo ja, wáár moest het dan komen? Van der Lee: “Dat is een discussie van voor mijn tijd.” Ze laat haar blik omhoog glijden, naar de enorme spiegelende blikvanger die voor ons opdoemt. “Als je ernaar kijkt, zie je hoeveel het doet voor de omgeving. Zelfs zoveel, dat je die omgeving niet kunt laten zoals-ie is. Daarom kiezen we nu voor een groen en verkeersluw gebied. Er is straks geen doorgaand verkeer meer, alleen de kunstvrachtwagens en ander logistiek verkeer vinden straks nog doorgang.”

Op dit moment vindt het verkeer door alle bouwwerkzaamheden ook geen doorgang, dus we kunnen vast wennen aan de nieuwe situatie. Daarnaast zal de groene omgeving, die helemaal van de Westersingel naar de Wytemaweg loopt, gelijkvloers worden én aantrekkelijk voor voetgangers en fietsers. Er komen zitplekken, 75 bomen rondom het depot en nog eens 162 grote zwarte dennen en berken in verhoogde bakken in de Jongkindstraat en Museumpark. Van der Lee: “We pakken de Jongkindstraat en de hele omgeving van Het Nieuwe Instituut ook meteen aan.”

Alles maal twee

Dat het depotgebouw een nieuw icoon in de stad zal worden, is inmiddels duidelijk. De hele omgeving, de skyline, is erin gespiegeld. “Alles wat je investeert, krijg je nu twee keer”, vat Van der Lee treffend samen. Ze wijst op Het Nieuwe Instituut. “Het depot is in de voorbereidingen een stuk naar voren gehaald, om uit de fundering van de parkeergarage te blijven. Maar daardoor staan die twee gebouwen nu relatief dicht op elkaar; we moesten dus zien te voorkomen dat je een soort steeg of trechter krijgt.”

Om die reden worden ook de vijvers van Het Nieuwe Instituut onder handen genomen. “De vijvers vernieuwen we straks. Ze worden gedeeltelijk vergroend en verdiept zodat de waterkwaliteit verbetert. Er komt ook een pad doorheen, in overleg met architect Jo Coenen en natuurlijk Het Nieuwe Instituut.”

Ook de tuin van Het Nieuwe Instituut zal worden aangepakt. “Die tuin is eigenlijk openbaar gebied”, vertelt Van der Lee. “Het Nieuwe Instituut kreeg lange tijd terug een tijdelijke evenementenvergunning om hier iets te organiseren. Toen is de huidige tuin aangelegd, dat hebben we oogluikend toegestaan. Ecologisch tuinieren hier is echt een ding geworden en dat supporten we, maar we moeten natuurlijk ook oog hebben voor sociale veiligheid. Er is nu een gezamenlijk ontwerp gemaakt waarmee het ‘wilde’ karakter in stand blijft, maar nu dus met een pad en mooie randen.”

Groen

Iris van der Lee werkt al jaren voor de gemeente, vertelt ze terwijl we naar Het Nieuwe Instituut lopen voor een kop koffie. Tien jaar geleden kon ze aan de slag in Hoboken met de renovatie van het Park bij de Euromast en de nieuwe omgeving van het Erasmus MC. “Daar hebben we gelijktijdig met de nieuwbouw van het ziekenhuis de omgeving vergroend en autoluwer gemaakt.”

Ze is naast het Museumpark ook druk met het Coolhavenpark. Onlangs is bekend geworden dat ze ook het vergroeningsproject rondom Hofplein zal gaan begeleiden. “Als je eenmaal op ‘groen’ zit, rol je er steeds weer in”, lacht ze, terwijl ze aan de natuurstenen balie van het café twee cappuccino besteld. “Gelukkig vind ik het enorm leuk. Het zijn vaak langdurige projecten, echt meerjarenplannen. Ik blijf graag tot het einde betrokken, wil projecten altijd afmaken.”

Toch heeft Van der Lee een hele andere achtergrond. Weer lachend: “Ik studeerde sociale wetenschappen, en studeerde af op de pedagogische doelstelling van het Jeugdstrafrecht. Iets héél anders!”

Wat is haar ‘ding’ met groen, willen we nu toch wel graag weten. Van der Lee groeide op op Zuid, vertelt ze. “Ik was altijd buiten. Met vriendinnen liep of fietste ik de hele dag door de polders, naar de Oude Maas. Daar gingen we dan zwemmen. We liepen tussen de jagers en de hazen… Dat was heerlijk – misschien is mijn liefde voor groen daar geboren. Op vakantie trek ik ook altijd graag de natuur in, je doet mij een groot plezier met wandelen door het groen.”

Ze woont nog steeds op Zuid, toch wel de groene oase van onze stad. “De binnenstad van Rotterdam is nog lang niet groen genoeg”, zegt ze stellig. “En met alle hoogbouw, en de groeiende binnenstadsbevolking en alle bezoekers, moeten we daar nu echt prioriteit aan geven. Veel bewoners hebben geen buitenruimte, zij zoeken een plek om te ontspannen, te recreëren. Daar moet de stad in faciliteren.”

Effe opknappen

Het eerste idee was om de omgeving rondom het Museumpark ‘effe op te knappen’, stelt Van der Lee. “Maar de lat kwam steeds hoger. We wilden eerst een competitie opzetten voor de beste (landschap)architectenbureaus van Nederland, maar dachten toen: waarom niet de beste bureaus ter wereld?”

En zo geschiedde. Bureaus uit New York en China kwamen over de Rotterdamse vloer. “Zij gaven hun kijk op het gebied en boden inspirerende ideeën op de kansen die er lagen.” Uiteindelijk werd het plan van Gustafson Porter gekozen: “Vanwege hun visie op vergroening en het beter verbinden van het park met de omgeving. Daarna hebben zij ook de opdracht gekregen om het inrichtingsplan voor de Museumparkstraat en omgeving te maken. Het voorplein voor het depot is naar ontwerp van Winy Maas (architectenbureau MVRDV). Enkele landschapsontwerpers van de gemeente zelf bogen zich ook nog over de tekeningen.”

Groen wint altijd, stelt Van der Lee: “Ik heb nog nooit gehoord dat mensen níet blij werden van een vergroeningsplan.” Lachend: “Nou ja, als het ten koste gaat van parkeerplekken, wellicht. Maar serieus, er is altijd behoefte aan groen. Dat is wel gelijk een lastig punt, want om groen te bouwen, moet je eerst gaan ‘slopen’ en daarmee sloop je ook tijdelijke groene plekken waar mensen aan gehecht zijn geraakt. Er komt groen voor terug, maar het zal nooit genoeg zijn. We moeten dus aan de gang blijven, niet in de laatste plaats om de opgave van wethouder Wijbenga te halen: 20 hectare groen in de stad.”

Ze gebaart om zich heen, naar het buitenterras van Het Nieuwe Instituut waar we net met twee cappuccino’s zijn neergestreken. Op diverse plekken zijn groepjes hoge planten neergezet. “Kijk, goede stoelen en veel groen, en je hebt meteen sfeer. Dat gaat straks ook zo zijn rondom het Museumpark. Met groene ingrediënten creëer je een hele ander beeld. En door het gelijkvloers te maken, verbind je alle functies.”

Ze is trots, zegt ze, want makkelijk was de weg hiernaartoe niet. “Er zitten in Museumpark zoveel partijen en iedereen heeft eigen belangen en andere wensen. Ik ben daarom zo blij dat ik eindelijk zand zag liggen, dat de straat openligt; we zijn los!”

‘Ik heb nog nooit gehoord dat mensen níet blij werden van een vergroeningsplan. Nou ja, als het ten koste gaat van parkeerplekken, wellicht’