Kloppend hart van Rotterdam

Bij Skateland maken kids een vliegende start

Martine de Wit Tekst
Antim Wijnaendts van Resandt Beeld

Het skatepark op de Westblaak kent iedereen. Maar niet veel mensen kennen het veel grotere overdekte Skateland in Feijenoord. Best gek voor een plek die al eenentwintig jaar bestaat. “We roepen niet heel hard wat we allemaal doen”, geeft Thomas van Bemmelen, Skatelander in hart en nieren, toe. “Maar dat wil niet zeggen dat hier niets gebeurt. We houden NK’s en crossover events, en op het moment traint het Nederlandse BMX-team hier. Als we het goed aanpakken, behoren we over vijf jaar tot de grootste skateparken in Europa.” 

Skateland is ontstaan in de jaren ’90 in de Uithof in Den Haag. Twee keer per maand stonden daar wat ramps in de ijshockeyhal, waar honderd tot tweehonderd skatende kids op afkwamen. Van Bemmelen was er eentje van. “Dat was een ander verhaal dan wat je hier ziet”, lacht hij tijdens een rondleiding door het huidige Skateland. We lopen langs tientallen obstakels, een miniramp en twee complete parcours, verdeeld over 2600 vierkante meter in twee zalen. “Zie je die hoge helling? Aan het eind daarvan ligt eens in de maand een grote airbag om salto’s te oefenen. Hier is het streetland waar we de meeste lessen verzorgen, en in de andere zaal is vorig jaar het NK BMX Freestyle gereden. Ze vlogen bijna zeven meter door de lucht! Op dat parcours rijden nu elke week honderden inlineskaters, skateboarders, BMX’ers en stuntsteppers rond.”

‘Je bent op een plek waar je niemand kent, maar als een truc lukt krijg je ineens van wildvreemden een high five. Dat is gewoon de cultuur’

Zestig uur in de week

Alle obstakels zijn zelf gebouwd door de vrijwilligers van Skateland. “Zo hebben we het altijd al gedaan. In de zomer van ’98 sjouwde ik hier als vijftienjarige de eerste houten platen naar binnen. Om te zorgen dat het interessant blijft voor de rijders, doen we minimaal een keer in de drie maanden een kleine aanpassing. En we proberen elk jaar een grote verbouwing te realiseren. We zijn maar een stichting, dus het ligt er een beetje aan hoeveel geld we hebben.” Kersverse directeur Frans Dietvorst breekt in. “Maar een stichting? Daar doe je jezelf echt tekort! Jullie houden al eenentwintig jaar je eigen broek op, vrijwel zonder subsidies. Dat jullie zo veel voor elkaar krijgen, vind ik echt tof om te zien!”

Maatschappelijke waarde

Dietvorst maakt zich sinds kort hard om erkenning te krijgen voor de maatschappelijke waarde die Skateland heeft voor Rotterdam. Want skaten maakte voor veel jongeren het verschil de afgelopen twintig jaar. Van Bemmelen: “Als sommige gasten niet waren gaan skaten, zaten ze nu misschien wel vast. Zo belangrijk kan skaten zijn. Jongeren krijgen hier letterlijk en figuurlijk de ruimte om zich te ontwikkelen. In de sport, tijdens een maatschappelijke stage of als vrijwilliger. Lennard is een mooi voorbeeld van iemand die hier helemaal is opgebloeid. HIj kreeg hier vriendjes, kreeg zelfvertrouwen en kwam helemaal tot zijn recht. Tien jaar lang zat hij vrijwillig achter de kassa, om de veilige haven die Skateland voor hem was te delen met anderen.”

Mario Hoft (Nederlands kampioen BMX Freestyle Park 2020 bij de amateurs)

Sociale sport

Dat Skateland aanvoelt als een veilige haven is niet zo raar. “Natuurlijk is het in de eerste plaats een solosport. Als jij een truc goed landt, heb je dat helemaal zelf gedaan. Daarom is het ook een perfecte sport om zelfvertrouwen mee te kweken”, vertelt Van Bemmelen. “Maar ook al doe je het alleen, je víert het samen. Je vriendjes staan aan de kant te juichen om jouw feestje met je mee te vieren. Het is dus ook juist een heel sociale sport. Zeker als je net begint, merk je dat. Je bent op een plek waar je niemand kent, maar als een truc lukt krijg je ineens van wildvreemden een high five. Dat is gewoon de cultuur.”

Het sociale gevoel van 1999 was trouwens wel een beetje anders dan nu, weet hij nog. “Nu rijdt alles lekker door elkaar: stuntsteppers, skateboarders, BMX’ers en inliners. Maar vroeger was er best nog wel wat rivaliteit tussen de sporten. In de loop der jaren is er veel meer respect gekomen voor elkaar en dat is mooi om te zien. Ook een leuke verandering, is dat er steeds meer meisjes komen rollen. Onze partner Skate Days, die de skateboardlessen verzorgt, had laatst precies evenveel meisjes als jongens in de les. Het succes van de Nederlandse skateboarddames draagt daar natuurlijk aan bij. Dikke kans dat drie van hen voor Nederland gaan uitkomen op de Olympische Spelen.”

Hellempie op

Ook is er de afgelopen jaren meer aandacht gekomen voor veiligheid. Ouders met kinderfeestjes konden vroeger sputteren wat ze wilden, de kids deden geen helm op. Dat is helemaal veranderd. Nu hoor je: hellempie op, anders gaan we weer naar huis! Een goede zaak vinden de mannen, al gebeuren in Skateland weinig ongelukken. “In één week minder dan op een gemiddelde zaterdagochtend op het voetbalveld”, vertelt Dietvorst. “En de keren per jaar dat er een ambulance voor de deur staat, is op één hand te tellen. Ook omdat het geen aanstellers zijn, natuurlijk. Gister zat ik bij de EHBO en toen kwam er zo’n stoer mannetje binnen dat echt heel hard gevallen was. Hij veegde een traantje weg, zat vijf minuten met een coldpack op z’n been, keek een beetje stoer voor zich uit en hop, toen ging ie weer!”

Beeld: Manuel Quesada Kemhadjian / Skate Days

Skateland in de straat

Maddox van elf jaar is net ook gevallen. “M’n ringvinger is gekneusd, die ging helemaal naar achter”, vertelt hij eerder enthousiast dan verdrietig. Samen met zijn broertje Roscoe (negen jaar) komt hij wel drie tot vier keer per week naar Skateland. “Skateland zit bij ons in de straat dus we kunnen er zelf naartoe. Toen ik nog maar vier jaar was, stond ik hier al elke dag door de hekken naar al die skaters te kijken”, vertelt Maddox.

Inmiddels oefenen hij en zijn broer met alle vier de sporten, maar ze zijn het best in stuntsteppen. Roscoe vertelt trots: “We hebben thuis een trampoline waar we trucjes op doen met een oude stuntstep. Daar hebben we de wielen vanaf gehaald en helemaal ingetaped.” Hun ouders hebben het er maar druk mee. “Alleen maar leuk natuurlijk, zeker omdat ze zo fanatiek zijn. Ze oefenen hard om uit te blinken tijdens wedstrijden en op te vallen bij sponsoren”, vertelt vader Dennis. “Ik heb vroeger ook veel geskatet dus ik vind het tof dat die jongens het ook oppakken. En de kleinste, Otis van vier, is inmiddels ook enthousiast. Alleen mijn vrouw doet nog niet mee, maar ik blijf het proberen.”

Beeld: Manuel Quesada Kemhadjian / Skate Days

Grote plannen

Het enthousiasme van vrijwilligers en ouders is enorm. Sommigen helpen wel twintig uur per week om de boel draaiende te houden. “Dat doen ze met ziel en zaligheid en daar neem ik echt m’n pet voor af. Maar het kan best wat minder”, glimlacht Dietvorst. “Om de vrijwilligers een beetje te ontzien, én om de sport voor nog meer kids toegankelijk te maken, willen we bijvoorbeeld meer samenwerken met de gemeente en vermogensfondsen. En we staan open voor allerlei partnerships om mooie dingen te realiseren, ook qua evenementen.” Op dat gebied wordt het sowieso alleen maar gekker, belooft Van Bemmelen. “Voor volgend jaar denken we een crossover tussen BMX, skateboarden en mogelijk ook breakdance en spoken word. En over een paar jaar is dit gewoon dé multidisciplinaire skate-culture-dome waar Rotterdam mee gaat shinen. Maar het gaafst zijn de glimlachjes van de kids die hier rondrijden. Dat is waar ik voor blijf terugkomen.”

Ook een keertje naar Skateland? Laat deze Gers! aan de balie zien, dan is je huurmateriaal gratis.