Rotterdammers maken Rotterdam

De Kuip

Mark Boninsegna Tekst
Guido Pijper Beeld

Het Feijenoord Stadion, of zoals eigenlijk iedereen het noemt: De Kuip, is voor velen het mooiste stadion van Nederland. Een amfitheater waar het volk je kan maken en breken. Waarin het leven stilstaat en waarin het gevierd wordt. Waar het rood-wit en het groen-wit-groen hoog in het vaandel staan en de kracht van Rotterdam met al haar eenvoud en ijzersterk staal tot uiting komt. Een stadion als geen ander. Een uniek stadion. Daar kan geen kasteel tegen op.


Dat gevoel van de eerste keer het stadion binnenlopen. De druk van de energie van de supporters voelen. Magisch.

Een vriendin maakte een paar jaar geleden een tegeltje voor me: ‘Liefde is … in beschonken toestand foto’s maken van De Kuip.’ In die tijd woonde ik in IJsselmonde en kwam ik op weg van de stad naar huis altijd langs De Kuip. Bijna standaard zette ik mijn stadion dan op de foto.

De Kuip bij volle maan. De Kuip voor een onheilspellende lucht. De Kuip met avondrood. Werkelijk alles staat mijn stadion goed. En dat is dan alleen nog de buitenkant…

Ik ben weleens jaloers op mensen die voor het eerst een wedstrijd in De Kuip bezoeken. Dat gevoel van de eerste keer het stadion binnenlopen. Bijna letterlijk de druk van de energie van de supporters voelen als je je vak op probeert te lopen. Magisch. Je voelt de kracht van het stadion.

Het doet pijn om te zien dat die kracht afneemt. Natuurlijk door de lege tribunes. Maar vooral tien jaar gesteggel over een nieuw stadion doet de magie van De Kuip geen goed. Ik ben niet principieel tegen een nieuw stadion. Ik snap dat je met je tijd mee moet. Maar voor een stadion met minder magie dan De Kuip en zonder duidelijke voordelen voor de club, wil ik mijn Kuip niet verlaten.

Ellen Mannens – Journalist, auteur ‘Voor altijd de eerste’, redacteur FSV De Feijenoorder


Ik zou zonder De Kuip kunnen, maar blijf jaarlijks komen, in de hoop op beter. Op een overwinning, liefst in de laatste minuut.

De meeste Spartanen hebben een gekke connectie met De Kuip. Mooiste stadion van Nederland? We zien heus wel dat het een voetbaltempel is, maar dit hoor je in Rotterdam-West niet vaak beweren. Dat is de eer van Spartanen te na. Wij zien een enorme parkeerplaats voor de deur en een zee aan blauwe stoeltjes. Plus twee verrassend krakkemikkige scoreborden, waarop na 90 minuten meestal niet iets positiefs staat. Een Spartaan vaart daar niet wel bij.

Ik ga er alleen heen als ‘ie in de fik staat, hoor je op Het Kasteel vaak zeggen. Nog steeds zijn er Spartanen die er zo over denken. Maar er is ook een ander sentiment. Dat van fans die hun Sparta overal willen zien. Dus ja, ook in De Kuip. Waar je natuurlijk meestal verliest, zo gaat het nou eenmaal als je tegen een veel rijkere club speelt. Dat is geen hogere wiskunde. Maar bloedirritant is het natuurlijk wel.

Dat verliezen gaat na al die jaren een beetje in je botten zitten. Je voelt als Spartaan in vak G of GG nét iets te vaak het onrecht van het afleggen tegen je grotere, gemenere, luidruchtigere broer. Dat vernikkelen in het uitvak, meestal hartje winter, en dan de supporters van Feyenoord die plagerig naar Spartanen staan te zingen: ik kan het zo voor je uittekenen.

Ik zou zonder De Kuip kunnen, maar blijf jaarlijks komen, in de hoop op beter. Op een overwinning, liefst in de laatste minuut. Daar kun je als Spartaan je hele leven op teren.

Anton Slotboom – Journalist, auteur van diverse Spartaboeken


De oude Kuip met zijn metalen vakwerk was wel het mooiste stadion, ondanks het ook mooie Olympisch Stadion en de oude Goffert. 

De Kuip, het stadion van de club die alle wedstrijden mag winnen op twee na. Het metalen bastion van Feyenoord waar het publiek echt een twaalfde man is. Intimiderend voor tegenstanders. Beangstigend voor sommige eigen spelers.

Ik kwam er regelmatig. Als mijn cluppie er speelde maar ook bij andere wedstrijden. Dus heb ik de ijsbal op het oog van Wim Jansen en het polletje van Van Breukelen live meegemaakt. Cruijff heb ik mezelf niet aangedaan, maar ik heb er aardig wat voor beide clubs in de enige echte klassieker zien spelen.

Kaartjes haalde ik in de voorverkoop bij de sigarenboer in Crooswijk of bij De Kuip zelf. Je moest echt wat voor een kaartje doen. Ik ben vrijwel niet meer gegaan sinds de clubkaart zijn intrede deed. Opeens was ik een risicosupporter. Ik ga nog wel naar mijn eigen cluppie en traditioneel één keer per jaar met vrienden als Utrecht naar De Kuip komt.

De oude Kuip met zijn metalen vakwerk was wel het mooiste stadion, ondanks het ook mooie Olympisch Stadion en de oude Goffert. Na de overkapping en alle aanpassingen is de schoonheid verborgen onder golfplaat. Maar de ziel is er nog steeds. Mocht er een nieuwe Kuip komen dan graag op dezelfde plek, hetzelfde veld en met vier lichtmasten. Ik weet hoe het is om heilige grond te verlaten voor nieuwbouw…

Dirk van den Heuvel – Fotograaf en Ajacied