Rotterdammers maken Rotterdam

Helemaal zelf gemaakt

Karin Koolen Tekst
Eric Fecken Beeld

Wat is er mooier dan iets met je eigen handen maken? Dat is precies wat jongeren ervaren bij De Makerij. Chantal Mies richtte deze plek op uit een passie voor ambacht en de overtuiging dat er te weinig gelegenheid is voor handwerk. Bij De Makerij krijgen scholieren en studenten de kans om binnen een halve dag een zelfgemaakt project mee naar huis te nemen. “Het gaat hier om de voldoening en trots van het zelf creëren. We zien hier prachtige dingen gebeuren.”

Op een bruisende vrijdagochtend gonst De Makerij aan de Hillevliet 90 van activiteit. Vijftien leerlingen van de internationale schakelklas van De Hef keren na een korte pauze terug naar hun werkbanken. Elk van hen heeft een eigen laatje vol professioneel gereedschap, netjes gelabeld met namen variërend van vijlen tot figuurzagen en centerponsen.

De werkplaats komt weer tot leven met het ritmische geluid van zagen, vijlen en hameren. Aan het begin van de ochtend kregen de leerlingen een plaatje messing en een reeks sjablonen om uit te kiezen. Met een figuurzaag geven ze vorm aan hun creaties, die vervolgens worden omgetoverd tot objecten, zoals sneakertags en hangers. Robert is volledig opgegaan in zijn werk; geconcentreerd en met zijn tong licht uitstekend zaagt hij een ster uit het plaatje. Op de vraag voor wie de sleutelhanger bestemd is, kijkt hij even op en zegt dan met een glimlach: “Voor mezelf.”
Chantal Mies, een van de oprichters van De Makerij, verzamelt Robert en enkele anderen om zich heen. Ze plaatst een pas gezaagd messing plaatje op een plank en nodigt hen uit om het te voelen. “Voel je dat ruwe randje?”, vraagt ze, de groep rondkijkend. “Dat komt door het zagen.” Ze nodigt de leerlingen uit het oppervlak te onderzoeken. “Bij het zagen hoef je geen kracht te zetten, maar bij het vijlen wel”, vervolgt ze dan, terwijl ze de vijl demonstratief langs de rand beweegt. Ze moedigt de leerlingen aan om het zelf ook te proberen. “Voel maar eens wat het effect is.”

Eindeloze mogelijkheden
Chantal’s reis begon meer dan tien jaar geleden, toen ze workshops volgde bij Galerie Puur aan de Botersloot. “Mijn kinderen werden ouder en ik kreeg meer tijd. Ik besloot iets voor mezelf te doen”, vertelt ze. “Het begon met een reeks van vijf workshops. Op de eerste avond maakten we een basisring van zilver. Ik was direct verkocht. Ik dacht: als je dit in een avond kunt, dan zijn de mogelijkheden eindeloos.”
Haar passie voor het ambacht groeide en ze volgde steeds meer workshops, ontwikkelde haar vaardigheden. “De aanpak van Galerie Puur, die van ‘wat wil je maken? Dan helpen we je daarbij’, sprak mij erg aan. Het gaat niet om de techniek, maar om hoe je die techniek gebruikt om iets leuks te maken voor jezelf of iemand anders. Je gaat naar huis met iets waar je trots op kunt zijn en dat houdt je gemotiveerd. Ondertussen ontwikkel je je vaardigheden.” Ze draagt nu ook een zelfgemaakte ring om haar vinger.

Werken zonder winterjas
Wat nu, vroeg Chantal zich af toen Galerie Puur ging verhuizen en stopte met de workshops. “Ik ging een workshop meubelmaken volgen bij Buurman. Terwijl ik daar aan het werk was, begon de vraag in mijn hoofd te zoemen: hoe zou ik dit zelf kunnen aanbieden?” Bij Buurman maakte ze een nachtkastje op maat: “Geweldig, maar we stonden in een grote loods, in onze winterjassen te werken, de faciliteiten waren toen nog wat beperkt en de koffie was matig. Hoewel de workshop zelf heel leuk was, was het niet per se een fijne plek om te zijn. Werken met je winterjas aan is niet bepaald comfortabel.”
In gesprekken met verschillende mensen – makers, vakopleidingen, scholen – realiseerde Chantal zich dat ze zelf een werkplaats wilde starten. “Ik schreef me in voor de opleiding meubelmaken bij het Hout- en Meubileringscollege. Ik wilde met machines leren werken, meer vakkennis opdoen en mijn netwerk uitbreiden.”
Al snel realiseerde ze zich dat ze een zakelijke partner nodig had. Via een gemeenschappelijke kennis kwam ze in contact met Jan Fuik. “Het klikte meteen”, herinnert ze zich. Samen verfijnden ze het concept van De Makerij, met een sterke focus op maatschappelijke impact gericht op kinderen en jongeren. Jan bracht bovendien een helder financieel model in, waardoor hun vaardigheden elkaar perfect aanvulden. Met een startsubsidie van CityLab010 op zak konden ze eindelijk het huurcontract voor hun locatie aan De Hillevliet tekenen, de ruimte verbouwen en inrichten. In 2022 openden ze de deuren. Ze begonnen met een goudsmedenwerkplaats, een praktische keuze vanwege de beperkte ruimte- en uitrustingseisen. “Voor een eerste locatie was dit ideaal”, stelt Chantal. “De Vakschool in Schoonhoven heeft ons enorm geholpen met advies.”

Ondertussen gonst de werkruimte nog steeds van bedrijvigheid. De meeste figuurtjes zijn al uit het messing gezaagd. “Sommige leerlingen verzinnen zelf een ontwerp”, zegt Chantal, “maar de meesten gebruiken een sjabloon. Dat helpt om tijd te besparen, vooral omdat het ontwerpproces voor veel kinderen veel tijd in beslag neemt. Onze workshops worden per dagdeel aangeboden.”
Het doel is dat elke leerling naar huis gaat met iets dat afgewerkt is, iets waarop ze trots kunnen zijn en dat ze zelf hebben gemaakt. “Indien nodig bieden we wat extra hulp”, voegt ze toe. “Het gaat niet enkel om het eindproduct, maar ook om het leerproces en de trots en voldoening die het oplevert. We streven ernaar om kinderen een positieve ervaring te geven met zelf iets maken. Een prettige ervaring blijft beter hangen dan alleen het leren van technieken. Voor sommige kinderen opent dit nieuwe deuren; ze ontdekken een passie of komen erachter dat ze hier een echt talent voor hebben.”

Besties
Vandaag verzorgt Sietske, de goudsmid, een workshop bij De Makerij, met ondersteuning van Chantal. Sietske begeleidt de workshops en krijgt in ruil daarvoor toegang tot alle faciliteiten in de achterliggende werkruimte – een slimme uitruil van diensten. Twee meiden zijn enthousiast bezig met het maken van kettinkjes met hun initialen. “Wij zijn namelijk beste vriendinnen”, roepen ze in koor. Ze hebben het stadium van stempelen bereikt. Onder Sietske’s begeleiding tikt Lara, geconcentreerd en voorzichtig, de initialen van haarzelf en haar beste vriendin in het metaal.
Sietske laat vervolgens zien hoe je moet boren. Ze plaatst een centerpons op het sieraad en tikt er zachtjes op met een hamer, waardoor er een klein deukje ontstaat waar straks geboord kan worden. Niet alleen sleutelhangers en kettinkjes worden gemaakt, maar ook oorbellen, sneakertags, en nog veel meer.

Vakmensen
De workshops van De Makerij richten zich op een brede leeftijdsgroep, van leerlingen in groep 7 en 8 tot middelbare scholieren en mbo-studenten, inclusief regulier en speciaal onderwijs, zoals de internationale schakelklas van vandaag. De vraag waarom De Makerij zich specifiek op scholen focust, brengt een glimlach op Chantal’s gezicht. “We willen dat zoveel mogelijk kinderen de vreugde van het zelf maken ontdekken. Via scholen bereiken we gemakkelijk een grote groep.”
Ze benadrukt het belang van deze ervaringen voor de opvoeding. “Thuis waren we altijd bezig, van groente kweken tot meubels maken. Mijn vader had zelfs een pottenbakkersschijf. Vroeger had je op school vakken als techniek en handvaardigheid, maar die zijn nu veel minder aanwezig. Er zijn bijna geen speciale lokalen meer voor, en als ze er zijn, moet je stil zijn vanwege de andere lessen die ernaast gegeven worden.”
De mogelijkheden voor jongeren om echt iets te maken, zijn dus beperkt, aldus Chantal. “De meeste kinderen die hier komen wonen in een appartement zonder ruimte voor klusjes of om anderen te zien klussen. Als je dat niet meemaakt tijdens je opvoeding, lijkt het alsof het niet bestaat en kun je er later ook niet voor kiezen als hobby, studie of beroep. En toch is het zo belangrijk voor de ontwikkeling van kinderen. Bovendien hebben we op de arbeidsmarkt dringend behoefte aan vakmensen.”

Niet alle leerlingen zijn direct enthousiast als ze voor het eerst bij De Makerij binnenkomen, geeft Chantal toe. “Maar als ze eenmaal beginnen, zie je vaak dat ze de smaak te pakken krijgen. Ze willen toch dat het mooi wordt. Het helpt hen om obstakels te overwinnen en doorzettingsvermogen te ontwikkelen – echt een waardevolle levensles.”
Ze merkt ook op dat de dynamiek in de klas soms verandert door het werk in de werkplaats. “Kinderen die normaal misschien wat onrustiger zijn, kunnen zich hier goed concentreren. En de stillere kinderen komen soms uit hun schulp en beginnen anderen te helpen.” De werkplaats van De Makerij is zo ingericht dat hij prikkelarm is. Volgens Chantal werkt dit zeer goed voor de meeste kinderen. “Docenten zijn daar ook heel enthousiast over; ze zien positieve veranderingen bij hun leerlingen.”

Toekomstplannen
En de toekomst? “De ambitie is om meerdere werkplaatsen te openen zodat we ook workshops aan kunnen bieden met andere materialen, zoals hout, keramiek, leer en textiel, of bijvoorbeeld glas… iets waarbij kinderen de trots en voldoening van het zelf maken kunnen ervaren. Want dat blijft het uitgangspunt van De Makerij.
Ze wil graag nog iets benadrukken, nu ze toch in gesprek is: de mogelijkheid voor bedrijven om bij te dragen aan de continuïteit en groei van De Makerij. Het financiële model is geënt op de waardestroom van social-returnverplichtingen. Als je als bedrijf een grote opdracht doet voor de gemeente bijvoorbeeld, zit in het contract een social-returnverplichting opgenomen. Ofwel: een deel van de contractwaarde moet terugvloeien naar de stad. Dat kan door in te kopen bij sociale ondernemers. De Makerij is zo’n erkende sociale onderneming: “Bedrijven kunnen workshops bij ons inkopen en daarmee een deel van hun social-returnverplichting inlossen. Wij bieden deze workshops vervolgens aan scholen aan, waardoor zij hun leerlingen deze ervaring kosteloos kunnen aanbieden. Een gemakkelijke manier voor bedrijven om impact te maken.”

Polaroid
De workshop is afgelopen en de leerlingen verlaten langzaam het lokaal. Maar niet met lege handen. Elk stukje handwerk is netjes verpakt in een doosje met het logo van De Makerij. Gedurende de sessie heeft Chantal van elke deelnemer een polaroidfoto gemaakt om hen in actie te zien. Deze foto’s zijn in een frame geplaatst, als aandenken voor thuis. De klassendocent, die de workshop bijwoonde, heeft elk kind geobserveerd en een persoonlijk compliment op een kaartje geschreven. Met hun verpakte creaties in de hand verlaten de kinderen het gebouw. Dat hebben ze toch maar mooi gedaan.