Een heerlijke plek creëren waar buurtbewoners terecht kunnen voor koffie, gezellige ontmoetingen én live muziek; daar was het Gilbert van Drunen en Lies Klaus om te doen. Twee jaar geleden openden zij – in hartje Zuid – de deuren van Koffie en Ambacht.
Wijnbar, Koffie en Ambacht, prijkt op de gevel van het pand aan de Ebenhäezerstraat. Het gezellige buitenzitje baadt vandaag in het zonlicht. Bij binnenkomst treffen we dochter Jan (8) op de piano. Klaus legt ondertussen de laatste hand aan de doperwtjessoep met basilicumolie – voor de gasten van vanavond – en uit de speaker klinkt de LP van The Oblivians. Aan het tafeltje bij het raam nipt iemand rustig een biertje. Aan de muur hangen concertposters van artiesten die hier gespeeld hebben; kunstwerken van Van Drunen en een verzameling antiek verfraaien de ruimte.
Dat we hier met een kunstzinnig én muzikaal duo van doen hebben is duidelijk. “Deze is van ons”, zegt Klaus, terwijl ze een plaat uit de kast trekt. Ze wijst op de vrouw afgebeeld op de hoes. “Dat ben ik.” Fijntjes stelt dochterlief: “Toen was je wel véél jonger, mama.”
Cultureel diverse wijk
Het stel ontmoette elkaar in 1999 in een oude visloods in IJmuiden en speelde jarenlang in underground bands: punk, noise. Klaus op de drums, Van Drunen op de basgitaar. Na vele omzwervingen in binnen- en buitenland landden ze acht jaar geleden op Zuid, pal aan de overkant van de zaak. Klaus: “We hadden veel van Nederland gezien en Rotterdam sprak ons aan. Ik was net zwanger en wilde mijn kind op laten groeien in een cultureel diverse wijk.”
Nee hoor, met Koffie en Ambacht hadden ze niet de ambitie de buurt beter te maken, zoals je zo vaak hoort tegenwoordig. “Deze wijk ís namelijk al prima”, aldus Klaus. “Alleen een goede kop koffie, die kon je hier nergens krijgen.” Welke ambitie ze wel hadden: “We wilden gewoon een heerlijk plekje maken”, zegt Klaus. “Ik houd van mensen, van eten en een goede kop koffie. En we zijn gek op muziek. Deze plek is alles waar wij van houden.”
De bezoekers van het etablissement komen uit de hele regio en zijn al even divers als de wijk. “Een paar vrouwen organiseert hier binnenkort een Surinaams dansfeestje, een caseco. Zo’n idee ontstaat hier. Daar kan ik echt van genieten.”
Sowieso is er veel muziek. Wie van free-jazz of experimentele muziek houdt, moet zeker langsgaan. “We proberen maandelijks optredens te verzorgen; artiesten uit het buitenland en soms uit Rotterdam. De meesten vinden we via ons eigen netwerk.”
De kaart, vegetarisch en gezond, was even wennen voor de buurtbewoners, bekent Klaus lachend. “Veel groenten, zuurdesembrood; dat eten ze hier niet. Ons broodje Jamaica is inmiddels razend populair. Net als de taarten overigens. Die worden door het bedrijf van een vriendin gemaakt: Koffie & Kandij.” Onlangs kreeg de zaak ook een drankvergunning. Op de kaart prijken Hongaarse, Slowaakse en Tsjechische wijnen. “Die landen maken goede wijnen maar missen publiciteit. Wij vinden het leuk om juist dáár wat mee te doen.”
Over publiciteit gesproken; daar is Klaus naar eigen zeggen ook geen ster in, maar dankzij mond-tot-mondreclame loopt de zaak goed. Onlangs moest het meubelrestauratieatelier dat zij in dit pandje hield, plaatsmaken voor meer tafels en stoelen: “Misschien was een concept als dit in de binnenstad eerder een groot succes geworden. Hier moesten we hard trekken. Des te leuker als de zaak dan stampvol zit!”