Aan initiatieven heeft het Rotterdam nooit ontbroken. Rotterdammers houden van hun stad en zijn van nature altijd al bezig het beter, mooier en Rotterdamser te willen doen. Je kunt je dus afvragen waarom het Stadsinitiatief nog nodig is. Met de tweede editie onderweg vertelt wethouder Korrie Louwes (Arbeidsmarkt, Hoger Onderwijs, Innovatie en Participatie) over de achtergronden en toegevoegde waarde van het project.
Het Stadsinitiatief. Waarom eigenlijk? Zijn er niet al genoeg initiatieven dan?
“Het is de overtuiging van de politiek dat we in Rotterdam toe zijn aan andere verhoudingen tussen burger en overheid. Neem alleen al de woorden ‘burger’ en ‘overheid’, die zijn zo afstandelijk en dat is precies wat we niet willen! Persoonlijk – en natuurlijk vanuit mijn eigen politieke overtuiging – geloof ik echt dat mensen er voor elkaar willen zijn. Iedereen zoekt gezondheid, veiligheid en verbinding. De verzorgingsstaat ligt overhoop, de rol van die overheid verandert hoe dan ook. Het is nodig om de mensen weer meer ruimte te geven.’
‘Het Stadsinitiatief geeft iedereen een podium. Niet alleen qua mogelijke financiering, maar vooral ook als het gaat om ondersteuning, begeleiding en advisering’
Waar bemoeit de gemeente zich eigenlijk mee?
“Dat zal ik je vertellen. Waar ik ook kom in de stad, vraag ik altijd: ‘Wat zouden jullie nou graag willen in de stad?’ De ideeën lopen uiteen, maar ze zijn er altijd volop. In het verleden werden die nog weleens overgenomen door de gemeente. Maar dat was niet altijd een succes. En eerlijk is eerlijk: het vertrouwen in de gemeente was er ook niet altijd.”
“Daar staat wel tegenover dat we collectief heel trots zijn op onze stad. Kom niet aan Rotterdam! Die trots is de laatste jaren behoorlijk toegenomen en zelfs groter dan het ‘Nederland’-gevoel. Dat is opvallend. Jammer alleen dat veel mensen tot voor kort nergens met hun prachtige plannen en hun Rotterdamgevoel naartoe konden. Dat is dan ook de reden dat we het idee van het Stadsinitiatief hebben opgepikt en uitgewerkt.”
Het klinkt zo eenvoudig. Laten jullie de controle écht los?
“Het vergde nog behoorlijk wat denkwerk voordat het Stadsinitiatief handen en voeten kreeg. Belangrijk is dat we onze rol als gemeente duidelijk hebben beperkt. Voor het Stadsinitiatief is een budget vastgesteld. Het gaat om miljoenen maar gezien het grootstedelijke karakter en de overtuiging dat we er zoveel mogelijk Rotterdammers bij willen betrekken, is dat eigenlijk niet zo heel veel. Het Stadsinitiatief geeft iedereen een podium. Niet alleen qua mogelijke financiering, maar vooral ook als het gaat om ondersteuning, begeleiding en advisering. Daarom speelt het college van B&W geen rol in het proces, maar werken we met ambassadeurs en een ‘Board’. De ambassadeurs helpen de initiatiefnemers op weg, de Board maakt de selectie. Bij de ontwikkeling van het Stadsinitiatief heeft ook de gemeenteraad ervoor gekozen géén actieve rol te willen spelen, juist om duidelijk te maken dat het gaat om de mensen in stad en niet om de bestuurders. Dat is een waanzinnig sterk gebaar.”
The winner takes it all?
“Vorig jaar waren er 93 plannen, dit jaar 120. Hoewel het lijkt alsof het alleen maar draait om de winnaar – vorig jaar de Luchtsingel – is niets minder waar. Het Stadsinitiatief biedt alle plannenmakers een podium om verder te gaan met hun idee. Natuurlijk, de winnaar heeft het voordeel van de financiering, maar als ik kijk naar de plannen van vorig jaar, dan is er ook een aantal gerealiseerd (zoals de stadsboerderij ‘Uit je eigen Stad’, zie de eerste editie van Gers!, red.). Wie het goed aanpakt, kan veel aandacht krijgen, profiteren van samenwerking met andere initiatiefnemers en gebruikmaken van het enthousiasme vanuit de gemeentelijke organisatie. Voor ‘crowdsourcing’ blijkt het Stadsinitiatief met zijn hoge social-mediagehalte heel goed te werken.”
En, staan burger en overheid nu dichter bij elkaar?
“Nog even los van het gegeven dat zoiets als het Stadsinitiatief alleen maar in een diverse, dynamische en jonge stad als Rotterdam had kunnen ontstaan, zie ik zelf dat Rotterdammers het leuk vinden om erbij te horen. Ik heb het niet alleen over de mensen die plannen hebben ingediend, maar ook de betrokkenen in de organisatie. Die gaan veel meer mee in de energie van de mensen in de stad dan voorheen en dat levert versmelting en enthousiasme op. Samen kijken we nu wat er allemaal mogelijk is; we laten ons vooraf minder beperken door regeltjes en budgetten. Als de plannen goed zijn voor de stad, ontstaat er vanzelf wel iets moois! Dat is pas ‘hart voor de stad’!”