Ik was al bang
dat de bomen aan de kade
boven je kop uit zouden stijgen
bezorgd wil ik het niet noemen
want wij zijn stram en streng
willen het hoofd boven de Maas houden
Maar je was soms zo stil
dat we zelfs even samen
op de Lijnbaan zijn gaan kijken
of je slagader geen proppen had
fier lag je gestrekt
voor ons je Coolsingel
Die het gehaald heeft tot op de O.K.
omdat zij prioriteit bezat
betonnen weide waar
een ieders ogen gericht
op omleidingen
nog vuur spuwen op de brandgrens
Dat had je niet verwacht hè
trekpleister van de wond gerukt
hoge masten vangen veel wind
maar geen knopen hebben
je wateren leren zwijgen dit jaar
Thuishaven
Op de I.C. hebben ze je goed verbonden
jongens, meisjes, leeuwen met
handschoenen en mondmaskers
die jou aaien en tillen
nu mag je jouw krukken
de Noordzee in pleuren
‘Sterker door strijd’, wisten wij toch
hadden wij geen twijfel van
en daar breekt ginder alweer aan
de vrijheid om te spelen
in je groen met witte tuinen
Rotterdam is opgestaan.
Peer Hommel
Peer Hommel (1996) is een van die veelbelovende jonge Rotterdamse dichters die op het punt staat een grote stap voorwaarts te maken. Op haar veertiende begon ze gedichten te schrijven: “Op die leeftijd schreef ik voor het eerst iets dat ik een gedicht kon noemen. Toen vond ik alles opeens kloppen en was het esthetisch wat mooier dan ik eerder geschreven had.”
Hommel haalt haar inspiratie uit het leven. Zoals uit de gesprekken die ze hoorde toen ze in een bar aan de Scheepstimmermanslaan werkte. “Daar pikte ik dingen op die ik kon gebruiken in mijn gedichten. Uiteindelijk had ik een hele stapel volgeschreven bierviltjes. Ik heb ze allemaal in een kast thuis liggen en af en toe gebruik ik ze nog voor een gedicht.” Ook ligt er inspiratie voor haar in de wandelingen door de straten van de stad die in het begin van het coronatijdperk stil en leeg waren, mooi beschreven in het gedicht Sterker door strijd.
Hommel denkt na over een dichtbundel en is bezig met een project waarin het middelpunt ligt in de gesprekken en momenten die ze meemaakt tijdens haar treinreis naar haar werk – in een sigarenzaak in Den Haag. “Elke dag gebeurt er wel iets geks tijdens mijn reis. Sinds 1 januari 2021 schrijf ik elke werkdag wel iets op wat er gebeurt of juist wat er niet gebeurt.”