Op verschillende plekken in Rotterdam vind je locaties van de bijzondere sportvereniging Ketelbinkie. Deze LHBTIQA+-club is niet alleen een plek voor sport, maar ook een plek waar je elkaar ontmoet voor gezelligheid en activiteiten. “Het is een lifestyle. Het sociale aspect is een wezenlijk onderdeel van het lidmaatschap. Je ziet dat mensen ook naast de sport regelmatig met elkaar afspreken”, stelt voorzitter Bob Philipsen.
Bob, geboren Rotterdammer, zocht twaalf jaar geleden een maatje om samen de marathon van New York mee te lopen. Online kwam hij via de zoekterm ‘Gay Rotterdam Sporten’ bij Ketelbinkie terecht. Hij zocht bewust op dit type sportclub. “Het is fijn om niet uit te hoeven leggen dat je gay of lesbisch bent.” Na een aantal trainingen op de maandagen (de beginnersgroep) bij atletiekvereniging PAC, wist hij dat hij goed zat.
Ruim sportaanbod
Naast hardlopen, biedt Ketelbinkie nog zeven takken van sport aan: badminton, tennis, volleybal, zwemmen, squash, mountainbiken en wandelen. “En daar komen dit seizoen nog twee nieuwe bij. We gaan starten met salsadansen en fietsen.” De ideeën voor nieuwe sporten komen meestal van leden. Vaak zijn er al goede connecties in het eigen netwerk, bijvoorbeeld met personal trainers. Daarnaast werkt Ketelbinkie nauw samen met bestaande verenigingen en Rotterdam Topsport om een gedegen LHBTIQA+-sportaanbod aan te bieden, op specifieke dagen en tijdstippen.
Veilig gevoel
Het gevoel van veiligheid is daarbij het uitgangspunt. “Je wil dat je met een groep sport waarbij alles oké is”, legt Bob uit. “Ook de locatie moet veilig voelen. De trainers zijn vaak opgeleid in het omgaan met discriminatie. Bovendien hebben we vertrouwenspersonen én houden onze coördinatoren de sfeer in elke sportgroep goed in de gaten.”
Sporten én Pride Rotterdam
Ketelbinkie bestaat nu 31 jaar en heeft inmiddels zo’n 300 leden. Iedereen kan lid worden: jong, oud, dik, dun en van alle rangen, standen, nationaliteiten en geaardheden. “We hebben veel expats die lid zijn. En we hebben sinds kort een hetero-lid”, lacht Bob.
De naam, afgeleid van het Rotterdamse woord voor jonge matroos, symboliseert de frisse wind die de club door het sportaanbod en de stad wil laten waaien, want Bob heeft nog een aantal ambities die hij vanuit zijn voorzittersrol wil waarmaken. Een daarvan is Pride Rotterdam, die volgens hem een professionele organisatie verdient en hoger op de Rotterdamse agenda moet. “Dit is zo’n grote stad; vooruitstrevend en enthousiast. Dan moet je zoiets als Pride goed op de kaart kunnen zetten. Dat begint bij simpel denken. Vorig jaar haakten wij als Ketelbinkie aan bij Pride. Laten we met partijen rond de tafel gaan, kijken hoe we een aantal zaken makkelijk kunnen oppakken. Als je genoeg mensen met de Rotterdamse mentaliteit bij elkaar zet, valt er absoluut iets goeds te regelen.”