Hotel New York. Alleen de naam al roept een gevoel op: avontuur, nostalgie en de stoere mentaliteit van de havenstad. Ooit het hoofdkantoor van de Holland-Amerika Lijn, nu een plek waar Rotterdammers en reizigers elkaar ontmoeten. Voor een snelle espresso, een uitgebreid diner of een overnachting met uitzicht over de Maas. Het gebouw ademt historie en toch bruist het iedere dag van nieuwe verhalen.
Al ruim dertig jaar is HNY een icoon aan de Wilhelminapier. Een plek waar je de grandeur van vroeger voelt, maar ook de energie van nu. Achter de schermen staat een team dat deze magie mogelijk maakt. Van de keuken tot de bediening, van het management tot de patisserie: hier werken mensen met een hart voor gastvrijheid én voor Rotterdam.
Gers! sprak drie van hen: chef Shaun, general manager Roel en eerste medewerker bediening Jaleasa. Over hun persoonlijke weg naar HNY, wat de stad voor hen betekent en de herinneringen die hen altijd bij zullen blijven.
Shaun
‘Hier heerst nog ambacht’
“Eigenlijk wisten vrienden van mijn ouders het al: jij belandt later in de keuken.” Shaun lacht als hij het vertelt. Zelf dacht hij daar lange tijd anders over. Hij studeerde bedrijfskunde, probeerde rechten, maar kwam er toch achter dat zijn hart inderdaad in de keuken ligt. “Dat kreeg ik van huis uit mee, het plezier om met eten bezig te zijn. Toen ik eenmaal de overstap maakte naar de Hotelschool, werkte ik ernaast minimaal dertig uur per week in de keuken om mezelf dat vak eigen te maken.”
Na stages in Barcelona en Rotterdam en een periode in Amsterdam, keerde Shaun terug naar de Maasstad. Hij werkt nu bijna een jaar als chefkok bij Hotel New York. “Wat mij aantrok? Dat hier nog echt ambacht heerst. Alles wordt zelf gemaakt: sauzen, patisserie, de hele high tea. Dat zie je bijna nergens meer, zeker niet op dit volume. Dat maakt het bijzonder.”
Rotterdam voelt inmiddels vertrouwd, ook al is de internationale Shaun er niet opgegroeid. Kort na zijn geboorte verhuisde hij naar Amerika en Duitsland, om in zijn tienertijd terug te keren naar Nederland. Toch liggen zijn roots wel hier. “Mijn opa fietste hier nog rond tijdens de oorlog en het leuke is dat ik tijdens mijn studietijd weer op zijn fiets door de straten van Rotterdam reed. Die nuchtere Rotterdamse mentaliteit past gewoon bij mij: geen gelul, gewoon doen.”
Jaleasa
‘Prachtig en imposant’
Voor Jaleasa begon het avontuur negen jaar geleden als verlegen runner. Inmiddels is ze doorgegroeid tot eerste medewerker bediening, een rol waarbij ze floormanagers ondersteunt en gasten begeleidt. “De horeca heeft me gevormd. Ik weet nooit hoe de dag loopt en dat maakt het juist leuk en uitdagend. Ik zit hier helemaal op mijn plek.”
Naast deze baan geeft ze bokslessen. “Iets totaal anders, maar de afwisseling past bij me. De energie die ik uit de horeca haal, neem ik mee naar de sport en andersom.” De keuze voor HNY kwam toevallig. “Een vriend tipte me dat ze mensen zochten. Ik kende het gebouw natuurlijk, wie niet? Het is prachtig en imposant. Mijn eerste dag was zó spannend, maar ik ben gebleven en nu zijn we bijna tien jaar verder.” Rotterdam is haar thuis, ze is hier geboren en getogen. “Na een vakantie ben ik altijd blij als ik de skyline weer zie. Rotterdam is stoer, imposant en toch gezellig.” Wat HNY voor haar betekent? “Een waardevolle geschiedenisles. Voor veel gasten voelt het als een museum. Oudere bezoekers die hier werkten of voeren met de Holland-Amerika Lijn komen terug en delen hun verhalen. Dat geeft zoveel diepte.”
Haar mooiste herinneringen zijn vaak klein. Zoals de waardering van gasten. “Laatst kreeg ik weken later alsnog een fooi van iemand die speciaal terugkwam. Zulke momenten maken het werk bijzonder.” En een leuk feitje? “De verhogingen in het restaurant zitten er niet voor niets. Vroeger mochten medewerkers niet naar buiten kijken tijdens het werk, dus werden sommige vloeren verhoogd, zodat je alsnog uitzicht had. Dat soort details maken dit gebouw uniek.”
Roel
‘Van rafelig naar bruisend’
Zestien jaar geleden reageerde Roel op een krantenadvertentie. Hotel New York zocht een general manager. “Er stonden tien functie-eisen, waarvan ik er aan negen niet voldeed. In mijn brief benoemde ik dat, en dat ze daarom juist mij moesten hebben. Dat werkte.” Hij herinnert zich zijn eerste dag nog goed: “Ik kwam als echte hotello strak in pak aan, terwijl de stijl hier eigenlijk heel casual is. Daar werd later rijkelijk om gelachen.” Inmiddels is Roel al jaren het gezicht van HNY.
Oorspronkelijk uit Dordrecht, maar na dertien jaar wonen én werken noemt Roel zich Rotterdammert. “Rotterdam is mijn thuis. Alles doe ik hier op de fiets. En wat ik geweldig vind: de stad verandert continu. Als je drie maanden niet langs een plek bent gekomen, staat er weer iets nieuws.”
Hij maakte bij HNY hoogte- en dieptepunten mee: van uitbundige oud & nieuw-feesten tot de heftige coronaperiode. “Dat bracht ons team dichter bij elkaar, maar het was ook lastig om daarna de draad weer op te pakken. Zo’n periode vergeet je nooit.”
Toch kijkt Roel vooral vooruit. Naast HNY verrijst de komende jaren een nieuw hotel: Hotel Chicago. “Een grote broer, met tweehonderd kamers, wellness en moderne inrichting. Eind 2027, begin 2028 moet het klaar zijn. Het wordt een aanvulling op wat HNY al decennialang betekent voor de stad.”
Zijn favoriete plek in Rotterdam? “De Wilhelminapier en Katendrecht, dit hele gebied is van rafelig naar bruisend ontwikkeld.” Maar je kan hem ook regelmatig op de tribune bij Feyenoord of Excelsior tegenkomen, of gewoon met een biertje op de terrassen aan de Binnenrotte.