Kloppend hart van Rotterdam

Dik, vet en lekker

Mathijs Sukel Tekst
Rick Arnold Beeld

Wie weleens de Coolsingel oversteekt ter hoogte van de Koopgoot – en welke Rotterdammer doet dat nu niet? – die kent hem. Hans Worst. De geur van verse worst, de jazzklanken en het gezellige tentje waar ze vandaan komen: Hans is een begrip in de Rotterdamse binnenstad. Na elf jaar lijkt zijn zaak gestold te zijn in de Coolsingel.

Hans heet echt Hans. Geen Hans Worst natuurlijk, maar Hans Bode (44). Hij moet er zelf ook om lachen als hij zich voorstelt. Een aanstekelijke lach die tijdens het gesprek vaker uit het niets de kop op steekt. Hij is verbaasd als hij hoort dat Gers! magazine graag een verhaal over hem wil maken. “Ik in Gers!? Nee joh, doe gewoon.” Maar leuk vindt hij het zeker. Weer die lach. En direct daarna de vraag of hij dan een broodje worst kan aanbieden? Lekker. Een blond jochie, dat met zijn moeder stilhoudt bij de kraam, kijkt met open mond toe. Hans braadt en draait, op het rooster en in zijn pan. Een ambachtsman aan het werk.

Knokken

Hans is geen man die zich eenvoudig laat kennen. Zeker, hij is een man uit één stuk. Licht gedrongen, staalblauwe ogen en de haren strak in het gelid, maar als je hem wat vragen stelt, lijken zijn gedachten alle kanten op te gaan. Rechtstreekse antwoorden zijn zeldzaam, vaker is de uitleg vrij complex. Op de vraag waarom hij elf jaar geleden begon met broodjes worst verkopen, zegt hij bijvoorbeeld: “Op een gegeven moment kom je op een punt in je leven dat je zegt: ‘Hoe ga je je eigen vrijheid beleven en zelf bepalen wat je doet?’ Eerst dacht ik het in het taxi rijden te vinden, maar dat voelde na vijf jaar als een verplichting.” Oké, maar waarom dan een worstenkraampje? “Het is een beslissing waar je naartoe groeit. Van kinds af aan heb ik geleerd om te knokken voor je bestaan. Dat komt ook omdat ik uit Crooswijk kom, het Frederiksplein. Hoe mooi wil je het hebben?”

‘De combinatie Sweet Relish met chilisaus, och man. Lekker’ 

Vreemde eend

De Rotterdammer straalt als hij over Crooswijk praat. Dat verandert licht als hij terugkijkt op zijn basisschoolperiode. Die bracht hij in Hillegersberg door. “Mijn ouders verhuisden veel. Daar was ik een vreemde eend in de bijt.” En dat is hij eigenlijk nog steeds, met de McDonaldsen en Hema’s van deze wereld om hem heen. Hans zegt het niet, maar hij gruwt waarschijnlijk van hun broodjes. Wat hij serveert, is niet zomaar een broodje worst. “De worsten en hotdogs die ik verkoop, worden speciaal voor mij gemaakt. En voor mij alleen. Door een biologische vleesverwerker. Dat is eerlijk en lekker vlees en er is niks geitenwollensokken-achtigs aan.”

Eigen sausjes

Nieuwe producten en variaties probeert hij altijd eerst thuis uit. “Ik start naturel en bouw hem daarna langzaam op. Spek, een uitje, een sausje. Daar ben ik veel mee bezig, met sausjes. De combinatie Sweet Relish met chilisaus, och man. Lekker.” De laatste ontwikkeling in ‘sauzen-land’, zoals Hans het noemt, is Jack-onions. “Uien geflambeerd in een speciale Jack (Daniel’s)-saus. Is ontstaan op het Songbird Festival.”

Heetste peper

Hans – die de worsten op zijn kraam aanprijst met de slogan ‘Dik, vet en lekker!’ – doet zijn inspiratie overal op. Dat kan in New York zijn, door bij een verkoper achter de kraam te kruipen – “ik was er toch”- of hij komt weer wat tegen op internet. “Ik las eens over de heetste peper van de wereld, de Naga Jolokia. Die is vierhonderd keer heter dan een Madame Jeanette. Die moet ik dan hebben. Dus ben ik gaan zoeken en vond ik één teler in Nederland die hem kweekte. Ja, daar word ik blij van.” Geen zorg: deze peper was puur voor thuisgebruik. De Naga Jolia is een tikje te heet voor de Coolsingel. 

Hans Worst is op woensdag, vrijdag, zaterdag en zondag te vinden op de Coolsingel, ter hoogte van De Koopgoot, van 12.00 tot 18.00 uur.