Door de lockdown nam ICT in het onderwijs een vlucht. Zo ook op de Buskesschool in de wijk Zevenkamp, onderdeel van de stichting Kind en Onderwijs Rotterdam. Ineens moesten 7.500 scholieren van de stichting digitaal les krijgen. Beleidsadviseur ICT en Onderwijs Ewoud Verbakel van het schoolbestuur regelde samen met zijn team binnen vijf dagen dat elke scholier een inlogcode kreeg. Arianne Grootendorst, leerkracht en ICT-coördinator op de Buskesschool, zorgde op haar beurt voor de vervolgstap: leerlingen wegwijs maken in de online leeromgeving.
Op donderdag 12 maart 2020 verkondigde minister-president Mark Rutte dat iedereen maar beter thuis kon blijven. Ook de scholieren. Geen onderwijs op locatie. Wat betekende dat? Voor Ewoud Verbakel in ieder geval als de wiedeweerga duizenden inlogcodes aanmaken voor leerlingen, zodat ze via het online programma Teams vanaf een computer, telefoon of laptop thuis les konden gaan volgen.
Teams
Verbakel blikt terug: “Al onze dertig scholen draaiden al op één netwerk via Microsoft Office 365. Daar draait Teams ook op. Gelukkig was de infrastructuur dus al goed op orde. Onze leerkrachten werkten er al mee, maar die 7,500 leerlingen niet. We hebben het hele weekend doorgewerkt om ervoor te zorgen dat al die leerlingen inlogcodes konden krijgen om daar ook op te kunnen. Dinsdag hadden we het gereed. Dat ging echt in sneltreinvaart. Daar ben ik heel trots op.”
Grootendorst vult Verbakel aan: “Als zij dat niet zo snel hadden geregeld, had het allemaal veel minder soepel verlopen en was de bereidwilligheid om door te gaan met online lesgeven niet zo hoog geweest. Het was voor ons als leerkracht enorm schakelen, maar Ewoud en zijn team hebben ons fantastisch geholpen. We liepen uiteraard tegen een hoop zaken aan waar we niks van wisten.”
Mute
Zo noemt Verbakel het euvel dat leerlingen de leerkracht die via Teams lesgaf de mond konden snoeren via de mute-knop. Ook konden ze met elkaar chatten om samen te werken. Maar, stelt Verbakel: “De leerlingen zijn natuurlijk inventief genoeg en gaan ook uitzoeken waar de bugs zitten. Dat gaf veel onrust tijdens de les. Zeker bij leerkrachten die minder handig zijn met ICT.”
Maar een voordeel was er ook: ook de meest conventionele docenten die op de ouderwetse manier wilden lesgeven, moesten nu wel om. Verbakel: “Ze hadden gewoon geen keuze meer. Ik pleit al tien jaar voor meer ICT in het onderwijs en nu ging die switch ineens automatisch.” Die omschakeling betekende ook nogal wat voor de leerlingen. En niet iedereen beschikte over een device thuis. Verbakel: “We hadden al onze eigen devices al uitgeleend, maar dat bleek niet genoeg. Stichting de Verre Bergen heeft er toen ook nog een heel aantal gedoneerd.” Grootendorst: “We zijn trots op de verantwoordelijkheid die ouder en leerlingen hebben getoond voor het gebruik van deze hardware. We hebben ze tot twee keer toe, na beide lockdowns, onbeschadigd teruggekregen.”
Hectiek
Ondanks deze lovende woorden beaamt Verbakel dat het een behoorlijk hectische periode is geweest: “Tijdens de eerste lockdown liepen we dagelijks tegen nieuwe problemen aan, maar al doende ging het beter. Aan het eind van de eerste lockdown hebben we een evaluatie gehouden en daar hebben we veel van geleerd. Zo gaven ouders bijvoorbeeld aan dat ze wel instructies konden gebruiken van de lessen, zodat ze hun kinderen beter konden begeleiden.”
Direct paraat
Wat men toen nog niet wist: deze evaluatie kon een paar weken al later meteen in de praktijk gebracht worden toen er een tweede harde lockdown werd aangekondigd. Verbakel: “Toen stonden we meteen paraat en konden we de zaken die naar voren waren gekomen uit de evaluatie meteen inzetten en testen. We zijn toen ook webcams en geavanceerde camera’s in gaan zetten.”
Grootendorst was een van de leerkrachten die zo’n geavanceerde camera uit mocht testen. “Dat was echt heel handig, want ik kon gewoon door mijn lokaal lopen. Die camera volgde me en de leerlingen konden me thuis de hele tijd volgen. Het gaf me meer bewegingsvrijheid dan enkel de hele tijd voor een laptop zitten.”
Leerkrachten maakten ook veel meer gebruik van digitale leermiddelen die onder meer de opdrachten automatisch nakeken, wat de leerkrachten weer werk uit handen nam. Verbakel: “Die leermiddelen zijn nu veel beter benut en het besef is ook bij de leerkrachten gekomen dat het bijbrengen van digitale geletterdheid, bijvoorbeeld de basis ICT-vaardigheden, ook op het lesprogramma moeten komen te staan. Corona heeft me op dat vlak echt wel werk uit handen genomen. Dat lampje is nu wel gaan branden.”
Groep 8-leerling van de Buskesschool Tim Eerhart (12) is een van de scholieren die door de lockdown ineens vanaf de bank thuis les moest volgen. Naar eigen zeggen, hield de structuur die de docenten aanbrachten door middel van dagprogramma’s via Teams hem op de been. Het zorgde ervoor dat hij redelijk is bijgebleven met de lesstof.
Havo
Eerhart: “Ik had voor mezelf een doel: ik wil graag naar dezelfde school als mijn broer en die middelbare school heeft enkel havo en vwo, dus dan moet je echt je best doen. Als vriendjes me via de chat probeerden over te halen om online te komen gamen, dan deed ik dat pas als ik klaar was met mijn schoolwerk.”
Toch heeft hij een vertraging opgelopen met begrijpend lezen die hij nu op school inhaalt met bijles. Grootendorst: “We hebben een Cito bij onze leerlingen afgenomen om vertragingen in kaart te brengen. Die moeten we nu weg gaan werken met bijlessen. Daar zijn we na beide lockdowns direct mee gestart.”
‘Eindelijk hebben de docenten ingezien hoe belangrijk ICT binnen het onderwijs is’
Eerhart vindt dat niet erg: “Er zitten allemaal jongens in de bijlesklas en het is erg gezellig. Ik ben allang blij dat ik niet meer 24/7 thuis zit. We zaten erg op elkaars lip en dat zorgde nogal eens voor spanningen en dan kan je niet echt ergens heen of er met iemand over praten. Ik heb mijn vriendjes erg gemist.”
Grootendorst besluit: “Fysiek onderwijs is gewoon beter, want in de klas heb je zicht op wat je leerlingen aan het doen zijn. Ik hoop niet dat het nog een keer gebeurt. We hebben allemaal het fysieke contact erg gemist.” Grootendorst ziet dat dit gemis van invloed is op de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. Maar ze is wel blij dat duidelijk geworden is dat digitale leerscholen ook werken. “Wat we geleerd hebben in de afgelopen crisismaanden kunnen we meenemen voor het toekomstige onderwijs. Ik vind het vooral heel mooi om te ervaren hoeveel daadkracht er tijdens de crisis zat in zowel de Stichting Kind en Onderwijs Rotterdam als in de leerlingen, hun ouders en de leerkrachten.”