Kloppend hart van Rotterdam

Een marathon op Zuid

Jonasz Dekkers Tekst
Eric Fecken Beeld

In juli werd bekend dat de Marathon van Rotterdam dit jaar definitief niet door gaat. “Een bittere pil voor de vijftigduizend deelnemers en de honderdduizenden bezoekers”, zei organisator Mario Kadiks tegen RTV Rijnmond. Er is echter een andere marathon in Rotterdam aan de gang: een lange tocht die inspanning en doorzettingsvermogen eist van duizenden deelnemers, die al jaren bezig is en nog jaren zal duren: de marathon om Rotterdam-Zuid in de lift te krijgen.

Rotterdam-Zuid is een stad op zich; er wonen zo’n tweehonderdduizend mensen. Dat is bijna net zo veel als in bijvoorbeeld Eindhoven of Tilburg. In 2009 had 22 procent van de inwoners op Zuid een uitkering. Bovendien liepen de schoolprestaties achter op het gemiddelde van de vier grote steden van de Randstad (G4). Eberhard van der Laan, toenmalig minister van Wonen, Wijken en Integratie, besloot dat daar iets aan moest veranderen en kwam met een plan voor de (hele) lange termijn. En wie zijn er beter op de hoogte van dat plan dan Marco Pastors, directeur van het veel geprezen Nationaal Programma Rotterdam-Zuid (NPRZ) en Francine Houben, architect van wereldformaat die een visie bedacht voor die “mooie stad achter de dijken”?

Waarom was dat plan rond 2010 zo hard nodig?

Pastors: “Vóór Van der Laan probeerde men ook al van alles om verandering teweeg te brengen op Zuid. Het beleid focuste zich toen met name op het vergroten van de sociale cohesie en versterken van netwerken in de wijk. Het probleem was dat er te veel verschillende partijen bij betrokken waren, die allemaal hun eigen agenda’s en doelen hadden en dat de bewoners geen idee hadden wat de bedoeling was. Door de vastgoedcrisis van 2008 zakte Zuid steeds verder weg, vergeleken met de andere steden uit de G4. Eberhard van der Laan besloot toen dat, ondanks alle bezuinigingen in de rest van Nederland, Rotterdam-Zuid niet losgelaten mocht geworden.”

Er moest een programma komen dat vooruitkeek. Een programma dat bovendien alle betrokken partijen bij elkaar bracht en de neuzen dezelfde kant op zette. Dat was het NPRZ, opgericht in 2011 en doorlopend tot en met 2030. Een flinke marathon.

Waar focust het NPRZ zich met name op?

Pastors: “Van der Laan zei: ‘Richt je nou niet enkel op herstructureren van woningen, (renovatie, sloop, nieuwbouw) maar zorg ervoor dat het met de mensen in het gebied beter gaat.’ Wij focussen ons daarom met name op verbetering van school, werk en wonen, waarbij de laatste in dienst staat van de eerste twee. Je ziet nu in het negende jaar echt vooruitgang. We hebben een begin van structurele verbetering te pakken, dat moeten we volhouden.”

Hoe werkt het NPRZ?

Pastors: “Het NRPZ is samenwerking. Er zijn negen betrokken domeinen (partners op het gebied van werk, onderwijs en wonen, maar bijvoorbeeld ook van veiligheid) die eerst niet goed samenwerkten, omdat ze geen gezamenlijk doel hadden. In het NPRZ zien we er nu op toe dat dat wel gebeurt. Het programmabureau bestaat uit slechts acht mensen, maar zij ‘zijn van iedereen’: alle domeinen hebben een vertegenwoordiger in het bestuur, en daar legt iedereen verantwoording aan af, daar werken ook wij voor.”

Op welk aspect van deze marathon, die nu halverwege is, bent u trots?

“Dat al die betrokken partijen in Rotterdam over hun schaduw heen zijn gesprongen”, antwoordt Pastors. “En dat ze in 2011 hebben gezegd: ‘Wij kunnen veel meer bereiken dan tot nu toe maar dan moeten we de verbetering vooral in de samenwerking zoeken. Daar moet een onafhankelijk bureau ons bij helpen.’ En ik ben trots op de gemeenteraad en al die andere besturen, die daar voor twintig jaar de handtekening onder hebben gezet, dat is nogal wat. En ik ben vooral trots dat het idee nu echt z’n vruchten begint af te werpen.”

Beeld: Geisje van der Linden

Wat zijn de belangrijkste vruchten?

Pastors: “Dat het gemiddelde opleidingsniveau omhooggaat. Bovendien wordt er vaker een opleiding gekozen in de zorg en de techniek – beroepen waar nationaal flink tekort aan is en dus heel veel werkgelegenheid bieden. Dat komt omdat we er vanaf jongs af aan op wijzen dat, als je enigszins talent voor deze takken van werk hebt, dit een heel goede route is om succesvol te worden. Daar bieden we via het programma BRIDGE baangaranties bij. De ‘AanDeBak garantie’ houdt in dat je, als je op Zuid geboren en getogen bent en een opleiding in de techniek, zorg of haven afmaakt, je gegarandeerd een baan hebt. Het zelfvertrouwen van mensen gaat daardoor ook omhoog; die extra zekerheid werkt.”

Het NPRZ richt zich vooral op mensen, op beter werk, meer en langduriger onderwijs en op betere woningen. Er is ook kritiek op het programma. Het teveel gericht zijn op de hoge inkomens en zo de lage inkomens uit de stad verjagen. 

Hoe reageert u op deze kritiek?

Pastors: “De voornaamste kritiek komt naar aanleiding van de Tweebosbuurt, de enige buurt waar we een relatief groot herstructureringsproject zijn begonnen. Het is een buurt waar vijf- tot zeshonderd woningen staan, op een totaal van negentigduizend op heel Zuid. De Afrikaanderwijk, waar de Tweebosbuurt in ligt, heeft 85 procent goedkope woningen, en straks 79 procent. Dus om te zeggen dat mensen met een laag inkomen de stad uit worden gejaagd, is overdreven.

Het probleem is dat mensen die ‘sociaal stijgen’, zoals dat heet, uit de wijk vertrekken omdat ze een betere woning zoeken die er in hun buurt op Zuid niet is. Dan komen er mensen wonen die opnieuw beginnen. We willen mensen die de weg omhoog hebben gevonden, behouden voor de wijk met de bouw van middeldure woningen (kale huurprijs tussen 720 en 1000 euro per maand, red.). We willen ook dat mensen die vertrokken zijn weer terugkomen, omdat zij de buurt en de mensen kennen en er op school hebben gezeten. Nu zijn het juist de ‘sociale stijgers’ die de stad uit worden gejaagd. Zo is Barendrecht groot geworden, omdat Zuid leegliep. Je raakt de kwaliteit kwijt die geboren is op Zuid. En er zijn ook genoeg positieve voorbeelden van wat betere woningen doen voor mensen.”

Wat zijn positieve voorbeelden?

“Je ziet bijvoorbeeld dat nieuwe woningen voor mensen met een middeninkomen voor 80 procent worden gekocht door mensen uit de wijk. En zij zeggen dat ze uit Zuid waren verhuisd als dit er niet was geweest. Kijk naar Charlois. Daar zijn 55 nieuwe eengezinswoningen gebouwd en 54 door mensen uit wijk gekocht. De basisschool in de wijk ervaart minder doorstroom. En verdiep je eens in de verhalen op onze site www.nprz.nl. Allemaal persoonlijke verhalen die de pijn van mensen laten zien, want die is er echt, maar ook verhalen van mensen die hiermee kansen pakken.”

‘We willen mensen die de weg omhoog hebben gevonden, behouden voor de wijk met de bouw van middeldure woningen’

En hoe nu verder?

Pastors: “Het is nu zaak om door te gaan waar we mee bezig zijn. De mensen helpen. Het wordt ook zaak om vooruit te kijken en met het zogenoemde fysieke perspectief aan de slag te gaan. Rotterdam-Zuid zoals het nu is ingericht als gebied, kan niet functioneren zoals het hoort in een gemiddelde grote stad. Francine Houben is daar heel erg behulpzaam bij, door erop te wijzen dat het in dit gebied echt veel beter kan.”

Voor Houben is dit het moment in te breken in het gesprek: “Rotterdam-Zuid is onderdeel van mijn leven geweest. Hier is mijn carrière tijdens mijn studententijd begonnen. Ik heb me altijd verwonderd over Zuid en mij verbaasd dat er zo negatief over gesproken wordt; waarom, bijvoorbeeld, hebben we het over Zuid alsof het één wijk is, terwijl er net zo veel wijken zijn als in Noord? Er is zoveel potentie op Zuid. Het is echt zonde dat daar niets mee gedaan wordt.”

Houben is enkele jaren geleden op eigen houtje begonnen met de ontwikkeling van een stedenbouwkundig perspectief op Zuid, dat zich richt op het verbinden van Zuid met de haven, op het groen op Zuid en op onderwijs. Dat perspectief begon met rondjes fietsen, samen met haar zoon die op Heijplaat woonde: “Ik ging met iedereen praten, ik ging langs bij de binnenvaartschippers, bij de baas van het havenbedrijf, bij bewoners, kunstenaars en vooral ook bij jongeren. Het perspectief van jongeren is zo belangrijk. En iedereen stond er enorm voor open.”

Pastors: “Francine heeft als kind van de stad haar vinger opgestoken en is aan de slag gegaan. Onderweg heeft ze in 2019 hulp van de gemeente gekregen om alles op een rijtje te krijgen en een mooie visie te ontwikkelen. Dat is heel belangrijk voor de stad.”

Het is dus echt een marathon, want zo’n aanpak werkt toch enkel op de lange termijn?

Pastors: “Zeker. Dat hebben we ook afgesproken met de partners: dat het ons veel waard is om dit lang vol te houden, we zijn nog lang niet klaar. Er zijn nog veel mensen die zeggen ‘ja dat is een mooi verhaal, maar ik heb er nog weinig van gemerkt.’ En die hebben gelijk. We zijn op de helft en hebben nog niet iedereen waar die moet zijn.”

Houben: “Daarom is dit een mooi moment voor het ontwikkelen van dit perspectief. Een alomvattend idee, vanuit het oogpunt van stadsvernieuwing: een aanpak die sociale cohesie, klimaatverandering, nieuwe economie, urban planning samenbrengt. Gelukkig mocht ik van de gemeente mijn ideeën verder ontwikkelen tot een visie.”

‘Ik wil een nieuw perspectief geven aan jongeren en ik wil dat mensen weer trots worden op Zuid’

Wat houdt uw ‘Perspectief op Zuid’ in?

Houben: “Armoede heeft vaak met mobiliteitsarmoede te maken; Zuid is niet goed verbonden. Niet alleen qua openbaar vervoer, er zijn meer blokkades. Daarom stellen we voor om betere verbindingen te maken, meer metro- en intercitystations, en de introductie van de Superbus. Daarnaast willen we kijken naar de dijken die na 1953 zijn aangelegd. Die blijken nu een barrière te zijn: ‘achter de dijken wonen’ is in het Nederlands echt iets mentaals. Daar wil ik verandering in brengen, stedenbouwkundig gezien is er namelijk niks mis met de dijken.

Mijn plan heeft als ondertitel “Mooie stad achter de dijken”. Ik wil een breed, groen dijkpark van tien kilometer, van Waalhaven Zuid, via Charlois, Tarwewijk en Afrikaanderwijk tot Feijenoord. Essentieel is om ook hoger onderwijs te trekken naar Zuid en dat gaat lukken. De Erasmus Universiteit, de Hoge School Rotterdam én de TU Delft komen naar Zuid; de locatie voor de Cultuurcampus komt bij de fietsersentree van de Maastunnel. Een fantastische keuze.”

Pastors: “Dat is qua symboliek natuurlijk een enorme mijlpaal voor Zuid. Dat begint met het perspectief, daar helpt Francine enorm bij.”

Houben: “Over symboliek gesproken; ik constateer dat haven en stad uit elkaar zijn gegroeid. Ze staan nu los van elkaar. Havens zijn in verschillende tijdperiodes gebouwd voor een speciale vorm van economie; die economie is veranderd en dus moeten we op de nieuwe economie, een kenniseconomie, aansluiten. Er klopt toch iets niet als er enorme werkloosheid heerst op Zuid, terwijl het gebied ernaast grote behoefte heeft aan mensen? De haven is een technologische motor voor de rest van het land, er gebeurt van alles, simpel maar ook intelligent werk: het beeld van havenarbeid moet worden bijgesteld. Het gaat ook om imago bouwen.”

Het NPRZ biedt persoonlijke hulp op het gebied van school, werk, wonen. Maar het NPRZ is niet bezig met de buitenruimte. Daar zijn de plannen van Francine van waarde. Is dat dat hele pakket?

Pastors: “Rotterdam-Zuid is toe aan een nieuwe, stevige toekomstvisie. Het is goed dat gezaghebbende mensen zoals Francine daaraan meewerken, dat dit niet iets is dat je alleen maar als ‘gewone stervelingen’ in elkaar moet zetten. Dat er nu een programma is dat vooruitgang boekt en waardoor de mensen vooruitgaan, geeft ook vertrouwen aan ruimtelijk-economische partijen, die weten ons nu makkelijker te vinden.”

Houben: “Het is nu zaak om die ontwikkeling te faciliteren, daarom heb ik een kaart gemaakt met mijn ideeën erop die nou eens niet Zuid beziet vanuit Noord, maar vanuit West, vanuit de haven. Dat geeft een ander perspectief op het gebied. Dan zie je opeens de zendmast (die hoger is dan de Euromast, om maar eens iets te noemen). Ook de Maastunnel wil ik weer nieuw leven inblazen, zodat een rondje Rotterdam over de Erasmusbrug en door de tunnel over Noord én Zuid gaat, en de rivier de Maas vormt het hart.”

Pastors: “Zo’n perspectief opent onze ogen voor patronen en dingen die je anders niet ziet. Dat is de prachtige functie van haar als architect en stedenbouwkundige.”

Waar vullen jullie elkaar aan?

Pastors: “Als de mensen hier langzaam maar zeker vooruitgaan, zich ontwikkelen en hier willen blijven wonen, dan moet er nog veel meer gebeuren met de voorzieningen; met de winkels, de uitgaansmogelijkheden en culturele instanties. Daar heb je het grotere plaatje voor nodig. Voor nu zal een alleenstaande moeder met diabetes en drie kinderen die het niet goed doen op school, niet zo heel veel hebben aan de plannen van Francine. Het helpt natuurlijk wel dat deze mensen later een kansrijkere omgeving krijgen, maar die moeder heeft nu meer aan een wijkteam dat langskomt.”

Houben: “We overleggen vaak en onze plannen vullen elkaar aan. Het gaat niet alleen over problemen van Zuid: ik kan laten zien wat de kansen zijn, de positieve kanten van Zuid, zodat we daar energie in kunnen stoppen. We gaan daarom heel goed samen. We willen echt perspectief aan de jongere generatie geven. Ik wil de ideeën nog meer op Zuid gaan rondvertellen en ook naar Zuid luisteren, de geschiedenis van hun gebied, de kansen; mensen zijn trots op hun gebied en vinden dat leuk om te horen.”

Waar hopen jullie dat Rotterdam-Zuid staat over tien jaar, als de finish is gehaald?

Pastors: “Ik hoop dat we dan veel meer lijken op de andere grote steden: qua werk, schoolprestatie en wonen. We zijn al een heel eind, we lopen op schema. Als de partners zich zo hard blijven inzetten voor de mensen op Zuid zoals ze nu doen dan gaan dat lukken. Op het gebied van wonen gaat het helaas wat langzamer dan de bedoeling was, maar we verwachten nog steeds dat we voldoende projecten zijn begonnen over tien jaar, dus de doorlooptijd zal wel iets langer zijn. Op het gebied van school en werk lopen we op schema dat we bij de start hebben afgesproken.”

Houben: “Ik hoop dat Zuid en Noord dan echt verbonden zijn, zonder dat Zuid z’n identiteit verliest. Dat Zuid gezond is en verbonden is met de rivier, de havens en de nieuwe economie. Dat het dijkpark er ligt. Ik hanteer een filosofie van forward to basics: vooruit maar met basale waardes. Het gaat nu, zeker met corona, veel meer over gezondheid, kwaliteit van leven, gemeenschap, herwaardering voor je eigen land, je eigen stad. Ik wil een nieuw perspectief geven aan jongeren en ik wil dat mensen weer trots worden op Zuid. We moeten Zuid meer promoten, meer uitdragen. Er zit daar zoveel potentie.”