Kloppend hart van Rotterdam

Ontroerend mooi

Amy Schellius Tekst
Roland van Eck en Joris den Blaauwen Beeld

Wie: Ton Wesselink (54)

Wat: General Manager van het ss Rotterdam, voorzitter Club van 25

Als je iemand zoekt die enthousiast over Rotterdam praat, stop dan bij Ton Wesselink. Hij zet zich al jaar en dag in om de stad een beetje mooier te maken, waarbij de Maas – die hij de levensader van de stad noemt – een belangrijke rol in z’n leven speelt. Zijn favoriete cluppie speelt naast het water, zijn werkplek ligt er middenin en de Maas is ook nog eens zijn ‘tuin’.

De belangrijkste plek in Rotterdam voor Wesselink is die waar zijn huis staat: aan de Oosterkade in Rotterdam. “Als ik dat vertel, weet bijna niemand over welk stukje van de stad ik het heb. Ik probeer het vaak uit te leggen door te zeggen dat ik in het witte appartementencomplex woon tussen Tropicana en de Willemsbrug in. Maar dan zie je de vraagtekens boven de hoofden hangen.”

Deze plek was liefde op het eerste gezicht voor Wesselink: “Tijdens de bezichtiging van het huis stond ik alleen maar door de veertien meter brede pui naar buiten te kijken. Mijn vrouw is met de makelaar het huis doorgegaan, ik heb alleen maar met open mond het uitzicht bewonderd. Zo’n plek vinden we nooit meer, dit is the best kept secret van Rotterdam.”

“Het meest geniet ik als ik ’s zomers buiten op het balkon sta en de meeuwen voor je kop langs vliegen. Op de achtergrond hoor je het gebrom van de Waterbus en het ketsen van de watertaxi’s op het water. De gillende mensen doen me dan denken aan mijn vakanties van vroeger. Toen hoorde je de toeristen op het Gardameer gillen als ze met een speedboot meegingen. Prachtig.”

Wesselink vertrekt nooit meer uit de stad. “Nee, elke dag hier zijn, is eigenlijk net alsof je op vakantie bent. Het is een fijne stad waar altijd wat gebeurt, waar de wind waait en dat verveelt geen dag. Ik heb een ontzettend leuke baan die heel veel prikkelingen geeft, ik woon op een bijzonder mooie plek. En als dan ’s avonds de lichten van de Hef en de Willemsbrug aangaan, dat is gewoon ontroerend mooi.”