Kloppend hart van Rotterdam

Het momentum voor Michel Baars

Karin Koolen Tekst
Marieke Odekerken Beeld

Voor Michel Baars, oprichter en directeur van New Horizon Urban Mining, is het duidelijk: we hebben een circulair economisch systeem nodig willen we als land, als wereld, met elkaar kunnen voortbestaan. En dat systeem gaat veel verder dan het hergebruik van grondstoffen in de bouw, waar zijn bedrijf zich vanaf dag één op richtte. In Rotterdam werkt hij aan het ontmantelen van gebouwen voor Woonbron.

Michel Baars legt zijn iPhone op tafel. “Deze kost in de winkel 1100 euro”, begint hij zijn uitleg. “Die prijs ligt zo hoog omdat de producent de grondstoffen in de telefoon als afgeschreven beschouwt – die waren in zijn bezit en dat is hij kwijt. Maar stel nou dat je een telefoon in bruikleen krijgt voor een bepaald bedrag per maand. Dan krijg je na verloop van tijd een nieuwe en kan de producent de grondstoffen, die almaar duurder worden, hergebruiken.”

Hij kan het niet zo mooi uitleggen als de bekende architect en visionair Thomas Rau, stelt Baars bescheiden: “Maar dat is het principe van circulaire economie; van bezit naar gebruik. Naar service. Op die manier hebben producenten baat bij hergebruik van grondstoffen en wordt gebruik voor de consument goedkoper.”

Oogsten

We ontmoeten Baars in café De Gouden Leeuw in IJsselmonde. Hier spraken we af om straks de foto te maken in de Krekenbuurt, waar Baars met zijn bedrijf New Horizon aan een nieuwbouwproject van Woonbron werkt. Hij was iets verlaat: opgehouden in Den Haag, verontschuldigt hij zich, waar hij in gesprek raakte over een mogelijk interessante opdracht inzake de herontwikkeling van het ministeriegebouw van Sociale Zaken.

Baars is geen sloper en evenmin is New Horizon een bouwbedrijf. “Wat we eigenlijk doen”, zegt hij terwijl hij de eerste hap van zijn broodje gezond neemt, “is bouwmateriaal ‘oogsten’ uit afgeschreven gebouwen en die een tweede, derde, vierde leven geven. We ontmantelen bestaande bouw, zoals nu hier in de Sagenbuurt en de Krekenbuurt, om vrijwel alle grondstoffen en materialen opnieuw beschikbaar te stellen aan de bouw.” Het verklaart de tekst op het bord dat we eerder vandaag zagen hangen op het hek van het bouwterrein: ‘wij slopen niet, wij oogsten!’ Het is de missie van New Horizon om slopen straks geheel kosteloos te kunnen aanbieden.

‘Het idee dat er dagelijks vrachtwagens vol afgeschreven bouwafval de stad uitrijden en er gelijktijdig met andere vrachtwagens nieuw materiaal binnenkomt, frustreert mij enorm’

Vrachtwagens vol

Achttien jaar bouwde Baars als directeur aan Search, een ingenieursbureau met meerdere vestigingen in Nederland. Toen dit bedrijf werd verkocht aan een beursgenoteerde onderneming, voelde hij zich er niet langer thuis en stapte op. Maar niets doen is niet aan de ondernemer besteed: “Ik geniet van mensen en reuring om me heen, de dynamiek van het werken.”

Bij Search was Baars ook al bezig met hergebruik van grondstoffen. “Ik haat verspilling. Ik raak dan ook enorm gefrustreerd van het idee dat er dagelijks vrachtwagens vol afgeschreven bouwafval de stad uitrijden en er gelijktijdig met andere vrachtwagens nieuw materiaal binnenkomt. Dat wilde ik veranderen.” In de rol als adviseur behaalde hij echter niet de impact die hij zocht. “Dus toen ik op de zoveelste dag op rij zat te vissen, en overigens niets ving, dacht ik: dit is de tijd om het bedrijf op te starten.”

Zo werd New Horizon geboren: een nieuwe horizon, voor Baars, maar ook voor al dat afgedankte bouwmateriaal dat hij een nieuw leven schenkt. Beton, systeemplafondplaten, hout, staal, brandslangen, kabels… “Ik ben nu zélf eigenaar van grondstoffen. Daardoor heb ik veel meer regie en de mogelijkheid iets wezenlijks bij te dragen.”

Belerend vingertje

Zijn bedrijf – een netwerkorganisatie – timmert goed aan de weg: sinds de oprichting in 2015 werden er al meer dan zeshonderd woningen en meer dan honderdduizend vierkante meter kantoor ontmanteld; er zijn samenwerkingen aangegaan met groothandels en producenten en de ambities zijn torenhoog. Maar de vraag die rijst: hoe nieuw is het concept? Niet alleen slopen, maar ook sloopbedrijven zijn immers van alle tijden…

Het concept is ook niet nieuw, stelt Baars als antwoord op die vraag, maar wel ‘vergeten.’ Zijn ouders hadden een bioscoopbedrijf. “Als kleine jongen ging ik met mijn vader mee naar een lokaal sloopbedrijf – hij zou een bestaand theater gaan verbouwen – om te zien wat hij kon kopen. Dat was destijds normaal en veel goedkoper.”

Dat is nu anders, stelt hij. “Het is een moeilijke markt, zeker de consumentenmarkt. Consumenten kiezen liever voor het gemak van een bouwmarkt waar ze alles in één keer kopen, waardoor prijzen dalen… Aanbestedingen aan de sloopkant leiden daarnaast tot problemen: veel sloopbedrijven moeten met de prijs zakken, terwijl arbeid duurder wordt. Het uitsorteren van materialen is simpelweg duurder dan het als afval afvoeren!”

New Horizon brengt die kosten terug. Vanuit het principe van business to business kun je dit proces namelijk wél rendabel maken, concludeerde de directeur. “Ik ben een businessmodel gaan ontwikkelen. Ik werk samen met grote bedrijven, het kost iets meer tijd om ze in de juiste stand te krijgen, maar de impact is natuurlijk direct veel groter.”

Hij zwijgt even. Een glimlach verschijnt op zijn gezicht als een herinnering bovendrijft. Baars studeerde milieubeleid. “Mijn vader zei toen: ‘je gaat dus ondernemers pesten?’ Dat was destijds ook wel een beetje de tendens van het vak; vergunningen uitschrijven, handhaven, een belerend vingertje… Maar ik vond en vind juist dat ondernemerschap en werken aan het milieu samen kunnen gaan – wat zeg ik, móeten gaan! En juist de grote spelers kunnen het verschil maken.”

Excuusactie

Het momentum is daar, stelt Baars. “We weten allemaal dat grondstoffen schaarser en duurder worden. We hebben met elkaar milieudoelstellingen geformuleerd vanuit het besef dat het echt anders moet, dat we een ander economisch systeem nodig hebben om vooruit te kunnen.”

Hij haast zich te zeggen dat circulaire economie geen hype is: “Het is een noodzaak en we moeten het als een businessmodel aanvliegen.”

Bouwbedrijven zijn op dit moment niet in staat om de vraag naar woningen in te vullen, ziet hij de realiteit onder ogen: “Arbeidskosten en grondstofkosten stijgen snel en dat maakt dat sociale woningen vaak niet meer onder de vastgestelde bouwprijs kunnen worden gerealiseerd. Dat brengt woningcorporaties weer in de problemen, want die hebben wel nieuwe woningen nodig, al is het alleen maar om afgeschreven woningen te vervangen.”

Het voordeel van een circulaire economie om tot klimaatdoelstellingen te komen, is dat het geen gesubsidieerde ‘excuusactie’ is, maar een fundamentele verandering in hoe we met elkaar leven en naar dingen kijken: “En in de dichtbewoonde delen van het land kunnen we impact maken. De gemeente moet daar radicale stappen in zetten.” Hij trekt het vergelijk met de Deltawerken. “Toen vonden we consensus in de samenleving die de politiek oversteeg. We hadden namelijk een gezamenlijk belang: droge voeten. Een circulaire economie is eigenlijk onze nieuwe Deltawerken.”

Het is Baars’ ambitie om te bewijzen dat circulair beter is. “Er is zoveel meer dat circulair moet worden naast de bouw…”

Volume

Waar staat Rotterdam in dit hele verhaal, volgens de ambitieuze directeur? Baars haalt zijn servet langs zijn mond en leunt achterover. “Hier wordt gebouwd”, begint hij. “Een stad van bouwers, van doeners. Bovendien de eerste Cirkelstad van Nederland. Kijk eens naar BlueCity, in het oude Tropicana. Hier werken zo’n vijftig bedrijven vanuit de circulaire gedachte; ze stemmen hun businessplannen, grondstoffen en reststromen op elkaar af en werken aan de stad van de toekomst. Wij hebben hier in de eerste fase de basiselektra geïnstalleerd.”

Voor een bedrijf als New Horizon is voorspelbaar volume heel belangrijk. Wat Baars daarmee bedoelt? “Er moet veel gesloopt worden, want daar ligt mijn oogst. Dat is het potentieel om materiaal terug te leveren.” En als er één stad is die sloopt en ontwikkelt…

“Als ik twee woningen per maand sloop, krijg ik de industrie niet mee. In Geertruidenberg, waar ik vandaan kom, krijg je vooralsnog geen Cirkelstad. Hier in Rotterdam praten we daarentegen over grote ontwikkelingen, het is voor ons een rijkelijk gevuld magazijn vol bruikbare grondstoffen.”

Gips

Naast dat er in Rotterdam veel nieuwbouw verrijst, wordt er ook fanatiek gerenoveerd. “Dat is de grootste markt”, stelt Baars enthousiast. “En de interessantste; er zijn namelijk minder regels. Voor nieuwbouw heb je een bouwbesluit nodig. Om je een voorbeeld te geven: de deur moet elk jaar een stukje hoger. Dat betekent dat alle deuren die ik nu bij Woonbron uit de ontmantelde panden haal, niet bruikbaar zijn voor nieuwbouw. Maar wél voor renovatie. Daarnaast, gesproken over voorspelbaar volume: als er iets voorspelbaar is, is het onderhoud en beheer. Ook in tijden van crisis.”

Het voordeel van nieuwbouw is dat je een iconisch project neer kan zetten waarmee je het verhaal kunt vertellen en naam kunt maken, stelt Baars. “Zoals het circulaire paviljoen van ABN AMRO; Circl in Amsterdam. Daarmee zorg je voor toekomstige projecten waar circulariteit uit voort kan komen. Maar we willen ook zoveel mogelijk geupcyclede materialen kwijt kunnen.” Hij legt het uit in een mooie volzin: “Hoe meer vraag naar hergebruikt materiaal wij immers creëren, hoe meer waarde we aan die producten kunnen toekennen, hoe goedkoper ik die ontmanteling voor de opdrachtgever kan maken, hoe meer ik concurreer met de lineaire economie en hoe groter de stroom grondstof die ik de goede kant op kan buigen. Dat mechanisme wil ik tot stand brengen.”

Bij voorkeur wil hij dan ook niet alleen leveren, maar ook donorgebouwen aangeboden krijgen: “Zo houd ik de kringloop in stand.”

‘We werken samen met uitzendbureaus en het Leger des Heils om de arbeid in beweging te krijgen’

Werkgelegenheid

Los van een beter milieu, hoe profiteert de Rotterdammer van al dit moois? “In een circulaire economie is inclusiviteit heel belangrijk”, zegt Baars. “Met het werk dat we nu doen voor Woonbron, hoop ik de werkloosheid in de stad ook een beetje omlaag te brengen.” Het proces vraagt namelijk om arbeid, licht hij toe: “Er moet voorzichtiger en nauwkeuriger ontmanteld worden, hout moet ontspijkerd worden, er moet voor speciaal vervoer gezorgd worden… Daar probeer ik invloed op uit te oefenen.”

De serveerster verschijnt aan tafel met de vraag of we nog wat willen drinken. Baars bestelt een kop thee, vervolgt dan: “We werken samen met het Leger des Heils en met specifieke uitzendbureaus om die arbeid in beweging te krijgen. Denk bijvoorbeeld aan mensen die door het Leger des Heils worden geholpen om weer terug te keren in het arbeidsproces – wij kunnen hen goed gebruiken bij de oogst van materialen in gebouwen.”

Binnenkort gaat New Horizon de consumentenmarkt op met het concept Up-store: materialen uit sloopwerken die niet business to business ingezet kunnen worden, worden ver-werkt tot consumentenproducten en vervolgens in Up-stores aan particulieren aangeboden. Nog deze zomer zullen er meerdere winkels geopend worden, waaronder in Rotterdam. Baars: “Dat zal qua milieu-impact in absolute getallen nooit heel groot worden, schat ik, maar Up-store is wel weer heel belangrijk in het realiseren van een inclusieve economie als we de inzet vragen van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt!”

Baars blijkt groot te denken. Hij buigt zich naar voren – het gesprek is overduidelijk op het punt beland dat hem het meest aan het hart gaat. “Als je dit helemaal doorvoert, zou je kunnen stellen dat woningcorporaties makkelijker huur kunnen innen naarmate werkloosheid omlaag gaat. Daarnaast zouden huurprijzen kunnen zakken.”

Dat laatste klinkt, geeft hij toe, inderdaad dubbel: “Grondstoffen worden immers steeds duurder, evenals het proces van verwerking van bouwmateriaal volgens mijn systeem. Maar door het hergebruik ervan, ontstaat een hogere restwaarde waarmee het gebruik goedkoper wordt. Daar profiteert uiteindelijk iedereen van.”

Dus door van bezit naar gebruik te gaan, vergroot je het besteedbaar inkomen in een regio? “Juist! In de bouw, maar het geldt ook voor auto’s, telefoons… Als bezit er niet meer toe doet, is daaraan geen status meer te ontlenen. Dat zal naar mijn idee een hoop maatschappelijke problemen oplossen.”

Belang

Delen andere partijen zijn circulaire wens al? Baars zucht even. Nog niet allemaal. “Ik kan me wel verzetten tegen organisaties die de ambitie nog niet hebben, dat deed ik voorheen ook, maar zij hebben wél een financieel belang. Ik kan ze ook verleiden met een beter aanbod.”

Met Woonbron, voor wie dit jaar vierhonderd woningen op de slooplijst staan, heeft de ondernemer een goede partner in handen. “De frustratie van woningbouwcorporaties is de door-lopende druk en ongecontroleerde kostenpost van te moeten slopen; zij willen dit zo snel, efficiënt en goedkoop mogelijk. Die sloop nemen wij uit handen, in ruil voor de grondstoffen. Resultaat is voor hun hetzelfde, wíj krijgen grondstoffen, brengen innovatie tot stand en maken de wereld een stukje beter.”

Televisie

Hoe duurzaam leeft Baars zelf? Hij lacht even: “Ik houd van auto’s. Ik rijd een Audi, dat heeft pas eind dit jaar een elektrisch model. Ik heb die al besteld zonder hem gezien te hebben. Ik koop er dus geen Prius voor maar roep wel al een paar jaar bij de dealer dat er eens een elektrisch model op de markt moet komen. Geen idee of mijn jarenlange klaagzang heeft bijgedragen – ik hoop het.”

Natuurlijk heeft hij thuis al lang en breed zonnepanelen, LED-verlichting en energiezuinige apparatuur. “Binnenkort gaan we ons dak volledig vervangen en dan komen er nieuwe panelen over een nog groter oppervlak. Dan zullen we bijna onze volledige energievraag kunnen opwekken.”

Hij moet toegeven: toen de tv laatst stuk ging zag hij tot zijn opluchting dat het iets voor tienen was: “Kon ik gelijk een nieuwe bestellen die de volgende dag in huis was. Dat zou mijn oma niet gehoord moeten hebben… Ik realiseerde me dat pas later, dat ook ik dus door de snelheid van het nemen van besluiten gewoon ‘verspil’. Dat overkomt ons nog te veel. Iedereen heeft een hekel aan verspilling, maar we hebben het denk ik vaak helemaal niet zo in de gaten. Daar gaat verandering in komen, dat weet ik zeker. Wat ik al zei: het is nu echt het momentum.”